Krimpenerwaard zet in op maatwerk voor minima

KRIMPENERWAARD • Inzetten op maatwerk voor minima. Daar zetten diverse politieke partijen op in om met name alleenstaanden en meerpersoonshuishoudens weer een toekomst te bieden.

Vooral PvdA, ChristenUnie en CDA lieten tijdens de toelichting van onderzoeksbureau KWIZ dergelijke geluiden horen. Ze willen ook graag de effecten van gemeentelijke regelingen in kaart zien om inkomensverruiming te kunnen beoordelen.

Een ophoging van 120 procent naar het wettelijk sociaal minimum van 130 procent kost de gemeente 291.000 euro op jaarbasis. In 2017 zijn diverse regelingen gewijzigd. Wethouder Jan Vente zegde tijdens de commissie samenleving toe de cijfers van het tweede kwartaal zo snel mogelijk te presenteren.

De commissie kreeg van Bart van Putten, directeur van KWIZ, de gegevens van 2016. De onderzoeker sprak van een normaal beeld in vergelijking met andere gemeenten met uitzondering van de grote steden, waar meer armoede heerst.

"In totaal 1.330 huishoudens in de Krimpenerwaard hadden in 2016 een inkomen tot maximaal 110 procent van het wettelijk sociaal minimum, Dat gaat om zes procent van alle huishoudens. Landelijk ligt dat percentage op 16 procent. Bijna de helft van de minimahuishoudens heeft een bijstandsuitkering Zo'n 30 procent moet het stellen met AOW en de rest heeft een ander hoofdinkomen uit werk of via een uitkering. Eenoudergezinnen hebben meer kans op armoede. Dat treft 1 op 5 van alle eenoudergezinnen in de poldergemeente."

Onbekendheid
In combinatie met landelijke regelingen zoals huur- en zorgtoeslag zou de situatie bij velen verbeterd kunnen worden. Vanwege laaggeletterdheid of onbekendheid wordt daar slechts gedeeltelijk gebruik van gemaakt.

"Om vanuit deze situatie mensen een prikkel naar werk te geven is een uitstroompremie wellicht een poging om de beruchte 'armoedeval' te dempen. In dat geval loont werken niet, omdat toeslagen worden afgeroomd en gemeentelijke regelingen vervallen", aldus Van Putten.

Liesbeth Van Zijl (ChristenUnie) vroeg aandacht voor de werkloze 55-plusser, die in het raamwerk ontbrak. Wethouder Jan Vente gaf aan met formulieren de bekendheid van regelingen te vergroten en biedt cliëntondersteuning bij problematische gevallen.

De SER pleitte onlangs voor een armoederegisseur in alle gemeenten om de complexe vraagstukken te behandelen. Het gaat daarbij vaak om meer zaken dan alleen het inkomen.

Pieter van der Laan