Onvoorwaardelijke taakstraf geëist tegen oppasmoeder na schedelbreuk jongetje

NIEUW-LEKKERLAND/ROTTERDAM • Oppasmoeder Maartje P. (31) uit Nieuw-Lekkerland vond het geen probleem dat het zoontje van een collega een paar dagen bleef slapen. Maar zonder dat ze het wist, liep het kindje een schedelbreuk op terwijl hij bij haar logeerde. De Officier van Justitie eiste woensdag een onvoorwaardelijke taakstraf van 80 uur tegen de oppasmoeder.

Met liefde paste P. in oktober 2016 op het anderhalf jaar oude zoontje van haar collega. Ze had destijds al twee kinderen en vond het geen probleem om op een extra kindje te passen. Het jongetje bleef drie nachten slapen. Ja, hij was een paar keer gevallen toen hij bij haar was. Maar volgens de verdachte was dat niets om zich zorgen over te maken.

Daar dacht de moeder van het kindje anders over toen ze hem een paar dagen later op kwam halen. Zijn gezicht zat onder de blauwe plekken en hij had een flinke zwelling op zijn hoofd. In het ziekenhuis bleek de peuter een schedelbreuk te hebben.

Geen idee
"Ik had geen idee dat hij zo hard was gevallen", zei de verdachte woensdag bij de rechtbank Rotterdam. "Ik was zeker naar de dokter gegaan als ik het niet had vertrouwd." Naar haar weten was het kindje drie keer gevallen. "Hij was aan het rennen op de bank en viel met zijn hoofd op de salontafel. Toen hij wilde opstaan, viel hij nog een keer." Ook een dag later zou hij zijn gevallen.

In het ziekenhuis twijfelden artsen aan het verhaal van P. Volgens hen lijken de maanvormige blauwe plekken niet afkomstig van een rechte tafelrand zoals de verdachte verklaard. Het zou meer de vorm van een vuist hebben. "Hij is echt gevallen. Ik heb hem niet geslagen'', bleef de verdachte keer op keer herhalen bij de rechtbank.

Veel vragen
Volgens de officier van justitie valt het niet te bewijzen of P. het jongetje heeft geslagen. Wel vond ze dat de verklaring van de verdachte veel vragen opriep. "We zullen nooit met zekerheid weten hoe het is gegaan. Maar de verdachte had hulp moeten zoeken. Ze wist dat de peuter meerdere stevige stoten tegen hoofd had gekregen."

De officier eiste een onvoorwaardelijke taakstraf van 80 uur wegens nalatigheid. De advocaat pleitte voor vrijspraak. Volgens hem heeft P. het kind niet geslagen en kon ze de ernst van de situatie niet weten. De rechters doen over twee weken uitspraak.