Column Theo Segers: Stikstof een gezamenlijk probleem | Stikstofcrisis | Boerenbedrijf onder druk

De kranten, radio/tv en social media stonden bol van de stikstofplannen en de toekomst van boeren. Dat zal geen inwoner van Molenlanden ontgaan zijn. Een greep uit al die berichten met impact:

‘Krimp van de veehouderij is een ramp voor de economie.’

‘Op het platteland dreigt een kaalslag.’

‘De boer staat met de rug tegen de muur.’

In de Alblasserwaard zijn er 352 landbouwbedrijven en veel daarvan zijn melkveebedrijven. Ongeveer 45% van de boeren is jonger dan 55 jaar. Er is een groot aantal boeren dat hun bedrijf nog jaren wil voortzetten. Uit de gepresenteerde plannen van de landelijke overheid, het ‘Nationaal Programma Landelijk Gebied’ (NPLG), blijkt dat de stikstofreductie 47% zal moeten bedragen. Dit bericht sloeg in onze gemeenschap in als een bom. Ook ik ben enorm geschrokken van de kabinetsplannen. Wat betekenen de plannen in de praktijk voor de boeren in onze gemeente? Is dit de juiste manier om als overheid het probleem van de stikstof aan te pakken?

Als burgemeester begrijp ik dat er een maatschappelijk vraagstuk op de bestuurstafel ligt en dat dit opgelost moet worden. De landbouwsector ontkent dat ook niet. Ik vraag aandacht voor het belang van de boerenbedrijven voor onze gemeenschap en voor toekomstperspectief! Een oplossing kan, volgens mij, alleen worden gevonden wanneer zowel overheden als de sector de schouders eronder zetten.

Het college onderhoudt intensief contact met boeren en met de agrarische organisaties in Molenlanden. Ook heeft de gemeenteraad, na een ingelast debat, besloten een brief te sturen aan de ministers, Tweede Kamer en de provincie. Die aandacht is uiterst belangrijk en die blijven we houden. De een heeft een hart onder de riem nodig, of een hand op de schouder; de ander een gesprek over mogelijkheden, kansen en perspectief. Onze invloed als gemeente benutten we maximaal om met elkaar in gesprek te blijven. Samen zetten we ons in om toekomstperspectief voor boeren te houden.