'Oorlogskinderen hebben onze hulp nodig'

KRIMPEN A/D IJSSEL • De 14-jarige Ahmad Alnouri uit Krimpen aan den IJssel was woensdag in de Tweede Kamer om een onderzoeksrapport van Save the Children aan te bieden over kinderen in oorlogsgebieden.

Zelf is hij ruim zes jaar geleden met zijn familie gevlucht uit Syrië. Eerst naar Libanon om na anderhalf jaar naar Nederland te vertrekken. "Na een nachtje in een Van der Valk Hotel kwamen we in Krimpen aan den IJssel terecht. Eigenlijk vonden we het vanaf het begin fijn hier. Zo kan je gewoon veilig spelen op straat."

Dat was in Syrië wel anders. "Soms mochten we een half uurtje naar buiten, maar als er werd geschoten moesten we snel weer naar binnen." Het huis waarin Ahmad met zijn ouders, drie zusjes en broertje woonde, raakte zwaar beschadigd. Zo zat er een groot gat naast de deur. "We zijn net op tijd weggegaan, want van ons huis is door de oorlog niets meer over. Alleen het skelet staat nog overeind."

Gamers
Ahmad had de taal vrij snel onder de knie, mede dankzij de YouTube filmpjes van bekende gamers. "Die hebben me wel geholpen om beter Nederlands te spreken", lacht de eerstejaars havo/vwo-leerling. Af en toe verlangt hij wel eens terug naar Syrië. "Het is toch het land waar ik vandaan kom. En er woont nog veel familie van me, maar Syrië is veranderd. Vroeger was het de hemel, nu de hel."

De herinneringen aan de oorlog staan nog altijd op zijn netvlies. Zo kijkt of luistert Ahmad bewust niet naar het nieuws uit zijn geboorteland. Dat is té heftig. "Als ik dat wel doe, kan ik die nacht vaak niet slapen." Toch zei hij direct 'ja' toen hulporganisatie Save the Children hem vroeg om zijn verhaal te vertellen aan Nederlandse politici. "Het is belangrijk dat ze weten wat er in oorlogsgebieden gebeurt. En dat er meer hulp komt voor kinderen die daar opgroeien. Dat is hard nodig."

Rector Ad Keller van het Krimpenerwaard College noemt Ahmad een voorbeeld voor andere leerlingen van zijn school. "Hij doet het hartstikke goed. Dat is bijzonder, want het is niet niks wat hij en zijn familieleden hebben meegemaakt. Dat Ahmed zijn ervaringen wil delen, om zo aandacht te vragen voor de miljoenen kinderen die opgroeien in oorlog, vind ik bewonderenswaardig."