Lianne Zondag gaat promoveren als verloskundige

GELDERMALSEN • Lianne twijfelde net als veel van haar collega’s een paar jaar terug of ze nog wel verloskundige wilde zijn. “Er komt veel bij het vak kijken, het is lastig te combineren met een privéleven, het is een enorme verantwoordelijkheid en als het misgaat wordt het uitvergroot”, zegt ze.

Verder studeren

Het is volgens haar een van de redenen waarom veel van haar collega’s er na enkele jaren de brui aan geven. Ze startte als verloskundige in Culemborg en werkt nu bijna zes jaar met veel plezier in Geldermalsen. Lianne wil graag alles weten en verder studeren, een goede combinatie en iets dat haar helpt om door te gaan. “Ik wilde na één jaar werken doorstuderen, maar ik moest eerst twee jaar werkervaring hebben.” Het promoveren waar ze nu mee bezig is, noemt ze ‘hobby’. “Ik doe het niet alleen voor mezelf, ik wil anderen ermee helpen. 

Collega’s sterker maken.” Ze geeft toe dat deze werkwijze, het anders inzetten van protocollen wat tegendraads kan overkomen, de lastige vragen in de praktijk worden niet voor niets naar Lianne toegeschoven. “Ze noemen mij een nerd, ik wil gewoon alles weten. Maar ik kan ook niet zonder bevallingen.”

Verlies van autonomie

De reden dat de mooie kanten van het vak soms wegvallen is volgens Lianne het verlies van autonomie voor de verloskundige. “De zwangere vrouwen in onze praktijk komen voor het hele traject in onze praktijk, we bouwen een band op. Als dan de bevalling nadert, ontstaan er veel grijze gebieden waarbij opeens sneller doorverwezen wordt. Naar mijn idee wordt er dan snel voorbij gegaan aan onze kennis”, legt ze uit. “Bevallen is veiliger dan ooit, maar de angst dat er iets fout gaat is ook groter dan ooit.” 

Ontwikkelen van een programma

Lianne hoopt met haar promotieonderzoek en de resultaten die eruit komen een programma te kunnen ontwikkelen dat verloskundigen gaat helpen. Het onderzoek richt zich op landelijke verschillen in medische ingrepen. “Er zijn duidelijk twee groepen verloskundigen, die binnen elke regio voorkomen: eentje die relatief weinig ingrijpt en eentje die relatief veel ingrijpt.” Ze verklaart het als een groep die meer controle wil en protocollen gebruikt en een afwachtende groep.
“Ik hoop dat ik iets kan ontwikkelen met onderbouwing dat verloskundigen verder helpt en de geboortezorg nog beter kan maken. Ik vind het een uitdaging om goede zorg te verlenen aan mijn cliënten en daarbij innovatief te zijn.” De duur van vier of vijf zwangerschappen heeft het straks voor Lianne geduurd om een doctorstitel te mogen dragen.