Team Zorgpartners weer in Roparun

KRIMPENERWAARD • Team 226 van Zorgpartners Midden-Holland is duidelijk besmet het Roparun-virus: komend pinksterweekend gaan ze alweer voor de zesde keer van start. “Als je één keer hebt meegedaan, ben je verkocht”, verklaart teamcaptain Corrie Melgers de ‘besmetting’. “Die saamhorigheid, de sfeer onderweg, de teamband; uniek, dat vind je nergens anders.” 

Ze is duidelijk trots op ‘haar’ team. “We doen mee met 22 mannen en vrouwen, allen werkzaam binnen Zorgpartners in verschillende disciplines”, geeft de 56-jarige Lekkerkerkse aan. “Het is weer een mooie mix van onder meer fysio- en ergotherapeuten, verpleegkundig specialisten, verzorgenden en administratieve medewerkers her en der uit de regio. Onder hen een hechte kern van zo’n tien diehards die eigenlijk altijd wel van de partij zijn.”

De Roparun, een nonstop-estafetteloop van ruim vijfhonderd kilometer, heeft als doel het bijeen brengen van zoveel mogelijk sponsorgeld om het leven van mensen met kanker draaglijker te maken. Naast de sportieve inspanning, moet er door deelnemende teams dus ook een inspanning geleverd worden om geld op te halen voor het goede doel.

Corrie: “Onze teller staat inmiddels op zo’n zesduizend euro, maar daar komt zeker nog wel wat bij.” Om de Zorgpartners-teamkas te spekken zijn er verschillende acties op poten gezet. “Alle teamleden zetten zich daar voor in. Zo hebben we moederdagontbijtjes bezorgd, wijn verkocht en er is een collecte gehouden. Op zaterdag 28 mei staan we ook nog op de jaarmarkt in het centrum van Haastrecht”, aldus de verpleegkundig specialist.

Coolsingel
De laatste volledige editie van de Roparun dateert alweer van 2019, vanuit Parijs en Hamburg naar Rotterdam. “Die van 2020 ging vanwege de coronapandemie niet door en afgelopen jaar is er een verkorte versie afgewerkt in oktober”, somt Corrie op. “Gelukkig keert de Roparun nu weer traditiegetrouw terug in het pinksterweekend. Vanwege de situatie rond corona besloot de organisatie eerder tot een editie door eigen land. Op zaterdag 4 juni vertrekken we daarom samen met vele andere teams vanuit Twente om, in estafettevorm, ruim vijfhonderd kilometer af te leggen en op maandag 6 juni weer te finishen op de vertrouwde Coolsingel in Rotterdam.”

In het centrum van de Maasstad is het altijd genieten voor de deelnemers, weet Corrie uit haar ruime ervaring. “De laatste kilometers met veel publiek langs de kant, dan komen de tranen van vreugde vanzelf als je als team na drie dagen intensief met elkaar optrekken weer ‘heel’ over de streep komt, want dat is natuurlijk het voornaamste. De pijntjes en vermoeidheid verdwijnen dan spontaan. De sfeer en de beleving zijn daar fantastisch, veel intenser dan bijvoorbeeld bij de marathon. Dat is toch meer prestatiegericht.

Om te vervolgen: “Ieder heeft zo z’n persoonlijke reden om mee te doen. De combinatie van het sportieve en het goede doel. Iedereen kent wel iemand die kanker heeft (gehad) of heeft er zelf mee te maken gehad. Dat speelt onderweg toch wel door je hoofd.”

Teamgeest
Om de topprestatie te kunnen leveren bereidt het team zich gedegen voor. “Onze acht lopers en vier begeleidende fietsers zijn volop in training, zowel individueel als in teamverband. Om te werken aan de teamgeest hebben we pas nog een gezamenlijke run-bike-run over een langere afstand gehouden en in de sporthal worden we regelmatig flink afgebeuld door een fysiotherapeut. Maar vergeet onze chauffeurs, cateringploeg en verzorgers niet. Ook zij leveren een topprestatie. Het is de ultieme teambuilding. Onderweg ben je toch van elkaar afhankelijk, bijvoorbeeld bij blessures. Bij regen en kou, of juist hitte. Dan moet je er zijn voor je teamgenoten om ze te ondersteunen. Maar ook van wie je op de route treft. Zo zat onze lopersbus een keer verzakt onderweg, niet meer voor- of achteruit te krijgen. Gelukkig schoot een groep enigszins beschonken jongeren langs de kant ons direct te hulp. We waren zo weer op weg; ook dat is de Roparun.”

Informatie over Team 226 van Zorgpartners Midden-Holland is te vinden op Facebook en de website van de Roparun.

Martijn Kuiler