Medewerkster PI uit Lekkerkerk had romance met gedetineerde; OM eist twee maanden cel

ROTTERDAM • Een vrouwelijke medewerkster van de Penitentiaire Inrichting (PI) in Krimpen aan den IJssel wordt ervan verdacht seks te hebben gehad met een gedetineerde. Ook zou ze in ruil voor geld drugs en een mobieltje voor hem naar binnen hebben gesmokkeld.

Zowel de 31-jarige Lekkerkerkse als de 30-jarige man uit Rotterdam moesten woensdag voor de rechter verschijnen. Alle twee de verdachten lieten verstek gaan. De vrouw zit met spit thuis en de man, die een enkelband draagt, ging liever werken om zijn arbeidstraject niet in gevaar te brengen. Het Openbaar Ministerie (OM) eist tegen beide verdachten twee maanden cel. De officier van justitie vindt met name het handelen van de vrouw ernstig. Zij zou zich als ambtenaar hebben laten omkopen. Corruptie dus. "Als je dat soort dingen doet, kun je een gevangenisstraf verwachten."  

Relatie
De beide verdachten ontkennen dat ze een relatie met elkaar hebben gehad. De Lekkerkerkse gaf in een verklaring aan dat ze het leuk vond om een 'beetje te praten' met de man. Die zegt al tien jaar een vriendin te hebben en ontkent ooit seks te hebben gehad met de PI medewerkster. Het OM gelooft dat niet. Volgens de officier van justitie hadden de twee veelvuldig contact met elkaar. Dat zou ook blijken uit de ruim 120 opgenomen telefoongesprekken. "Uit de inhoud van die gesprekken kun je de conclusie trekken dat er een relatie was tussen de medewerkster en de gedetineerde. Ze spraken over seks, over een toekomst samen en over de handel in de gevangenis." 

De zaak kwam aan het licht na een melding van een andere gevangene. Hij had gezien dat de vrouwelijke PI medewerkster hasj naar binnen smokkelde. Ook verklaarde hij dat de twee verdachten seks zouden hebben gehad op de wc en in de bibliotheek. Weer een andere gedetineerde zei dat de vrouw in de bajes in telefoons handelde en een weegschaal had om drugs af te wegen. De directeur van de penitentiaire inrichting liet na de meldingen een intern onderzoek uitvoeren waaruit naar voren kwam dat de vrouw 'ontoelaatbare contacten' onderhield met de gedetineerde. De directeur deed aangifte tegen haar.  

Roze telefoon
Volgens de advocaat van de vrouw ging het contact tussen haar cliënt en de gedetineerde inderdaad te ver, "maar van strafbare feiten is geen sprake. Er is veel gebeld en er zijn dingen besproken waar je je vraagtekens bij kunt plaatsen. Het OM trekt echter nu, op basis van die telefoongesprekken, de conclusie dat zij zich schuldig heeft gemaakt aan het smokkelen van allerlei goederen. Er is bij haar geen gram drugs gevonden en ook de roze telefoon, die in de cel van de man is aangetroffen, kan je niet aan haar koppelen. Er zijn in de bajes legio mogelijkheden om aan een telefoon te komen." Tevens twijfelt zij aan de geloofwaardigheid van de verhalen van de medegevangenen. "Het is allemaal van horen zeggen." 

De officier van justitie meent op zijn beurt dat er voldoende bewijs ligt tegen beide verdachten. "Zij verklaren allebei aantoonbaar leugenachtig. Tijdens telefoontaps spreken ze over seks, maar ze hebben geen seks met elkaar gehad. Ze spreken over het binnenbrengen van goederen in de gevangenis, maar ontkennen tijdens verhoren - op een poloshirtje na - ook maar iets naar binnen te hebben gesmokkeld. En twee uur na de vondst van de telefoon in de cel, bellen ze elkaar en vertelt de verdachte dat 'de telefoon' is gevonden."

De advocaat van de vrouw verzocht de rechtbank rekening te houden met de persoonlijke omstandigheden van de vrouw. Zij vond na haar ontslag een nieuwe baan en volgt een opleiding. Daarnaast zorgt zij voor een jong kind met een beperking. De officier van justitie was daar niet gevoelig voor. Als het aan hem ligt gaat de vrouw terug de bajes in, nu als gedetineerde. "Je bent ambtenaar, werkt in een gevangenis en brengt smokkelwaar naar binnen. Dat is heel ernstig. Stel dat er een pistool naar binnen was gesmokkeld?" 

De rechtbank doet over twee weken uitspraak.