Lekkerkerk geniet op de ijsbaan: ‘De vorstkriebels, hè! Heerlijk!’

LEKKERKERK • Een heerlijk zonnetje, weinig wind, blije gezichten: het was genieten donderdag op de ijsbaan van sportpark Weydehoeck in Lekkerkerk, ofwel de thuishaven van IJsvereniging Lekkerkerk.

“Het valt verdikkeme niet mee”, stelt prille zeventiger Albert de Haaij vast terwijl hij zich op zijn noren op de Lekkerkerkse ijsvlakte begeeft. “Dan kun je toch zien dat je ouder wordt en al een tijdje niet meer geschaatst hebt.” 

Een paar meter verderop probeert een meisje van een jaar of acht zich staande te houden op haar ijshockeyschaatsen. Voor haar is het misschien wel de eerste keer dat ze op natuurijs actief is. 

Mengeling
Marinus de Jong bekijkt de winterse taferelen met een mengeling van blijdschap en trots. Hij, de voorzitter van IJsvereniging Lekkerkerk en zijn mini-leger aan baancommissarissen, hebben het toch maar mooi voor elkaar gekregen: een ijsbaan van goede kwaliteit: “We zijn we na de eerste sneeuwval hard aan het werk gegaan om de baan in orde te krijgen”, zegt de markante Lekkerkerker. “Dat is goed gelukt, al hebben we nog wel een windwak en zakte Leo met zijn borstelmachine door het ijs. Gelukkig is het hier niet diep, dus kwam ie-er goed vanaf, ha ha!”

Het Lekkerkerkse schaatsparadijs telt 220 bij 80 meter en die oppervlakte wordt deze mooie donderdagmiddag goed benut. Van de voorbij zoevende hardrijder tot en met de krabbelende stoelenschuiver, iedereen geniet. Zorgeloos, even niet aan alledaagse dingen denken en zeker niet aan corona.  

Protocol
“Wij genieten ook”, zegt Wim van Herk, schaatsgoeroe en commissaris buitendienst van IJsvereniging Lekkerkerk. “Natuurlijk heeft de club rekening te houden met een uitgebreid ‘coronaprotocol’ met speciale looproutes, ‘tijdsloten’ etcetera. Daar houden we ons strikt aan. Je kunt hier komen schaatsen als je lid bent van onze vereniging of je ter plekke opgeeft. Per tijdseenheid mag er per 40 vierkante meter één schaatser op het ijs worden toegelaten. Wij kunnen er dus maximaal 440 kwijt, maar we houden het op 300. Dat is prima te handhaven.”

“Klopt”, zegt Marinus de Jong. “Er hebben zich sowieso nog geen situaties voorgedaan waarbij we corrigerend moesten optreden. De sfeer is vrolijk en het begrip voor de maatregelen is groot. Natuurlijk is dit wel een andere winter dan we gewend waren vanuit het verleden. Er moet simpelweg meer geregeld worden vanwege corona. Ons draaiboek klopt gelukkig als een bus, zo hebben we ook van de gemeente Krimpenerwaard te horen gekregen. Het stelt ons protocol zelfs ten voorbeeld aan andere ijsverenigingen.”

Ook mooi is dat de ijsvereniging er vandaag weer heel wat nieuwe leden bij heeft gekregen en dat vrijwel iedereen die lid was, de Lekkerkerkse vereniging trouw is gebleven. 

Marinus de Jong: “En het allermooiste is dat we na een serie kwakkelwinters weer écht open kunnen. In 2017 waren we dat één dag. De laatste keer dat het echt goed vroor was in 2012. Daar waren we echt aan toe. De vorstkriebels, hè! Heerlijk!”