• Ruud den Dunnen bekijkt de uitvliegende duiven.
• Ruud den Dunnen bekijkt de uitvliegende duiven. Foto: Goedele Monnens

De wereld van de convoyeur; kamperen met een mannenclub

Algemeen 1.793 keer gelezen

HOORNAAR • Convoyeurs, begeleiders van wedstrijdduiven, zijn mannen onder elkaar in een eigen wereld, kamperend in hun vrachtauto.

Soms wachten ze uren in een modderveld tot de duiven gelost kunnen worden.  Geen supermarkt, geen toilet. Vandaag schijnt de zon en zit alles mee. 

Stemming
Duffel, een dorp onder de rook van Antwerpen, ontwaakt traag deze zaterdagochtend. Veel rolluiken zijn nog gesloten en de gisteren zo drukke straatweg is nog nagenoeg leeg. Het is even na zevenen.  Onderaan het dijkje langs de rivier de Nete staan zeven vrachtauto's van de duivensportvereniging van de afdeling Zuid-Holland. Vannacht rond half drie zijn ze hier aangekomen: drieënveertigduizend duiven en hun veertien convoyeurs. De stemming onderling opperbest. Ruud den Dunnen is de opperconvoyeur en serveert opgewekt koffie vanaf een uitgeklapte campingtafel. Ergens rolt de laatste man uit de slaapcabine en kamt een andere meneer zijn haren in een handspiegel. De wc is in het struikgewas even verderop. Het is kamperen met een mannenclub.

Dat kan Den Dunnen wel beamen, zeker. 'Je mot wel met elkaar door een deur kunnen. Hier in Duffel kunnen we straks brood halen, maar soms staan we ergens een heel weekend midden in een het veld in de regen te wachten tot we kunnen lossen.'

Zon moet schijnen
Duiven kun je alleen lossen wanneer de zon schijnt anders zijn ze compleet gedesoriënteerd.  Als de zon maar even door het wolkendek breekt dan kunnen ze gáán.  Vandaag zijn de weersomstandigheden voortreffelijk. Ruud belt voor de zekerheid nog even met meteorologische dienst en is dan helemaal overtuigd. 

Wat is nu het doel van zo'n postduif?
'Het is een hobby,' zegt Ruud. 'Maar ze maken er een sport van wie het eerste thuis is. Vroeger werd er veel gepouled, veel gegokt, dat doen ze nu niet veel meer. Eigenlijk nergens meer. De vereniging zet er wel een prijsje op, een vleesschotel ofzo. Maar het is de bedoeling dat je gewoon een naam krijgt. Dat je iedere week in de top 10 zit. Dan zeggen ze: "Nouhou… die gozer vliegt goed!" en weer later zeggen ze: "Ik wil van jou een paar duiven kopen." Dan worden ze verkocht voor een paar duizend euro.'

Onlangs, weet Ruud, zijn er wat duiven verkocht voor 1,2 miljoen euro. Daar kun je niet meer mee vliegen, want een duif vliegt altijd terug naar waar hij geboren is en waar hij de omgeving kent.  'Maar je ken 'm goed verkopen aan een Chinees, want die geeft er gerust een paar ton voor. Gaat hij er mee kweken omdat ie het een goed ras vindt. Nee, niet vliegen, want ook vanuit China vliegt een duif weer naar Nederland. Dat zit in zijn koppie.'

Twee heren uit Brabant, één met een duif op zijn shirt, komen kijken naar het lossen. 'Het was niet zo ver rijden hoor,' zegt de grootste van de twee. 'In vogelvlucht is het misschien 30 kilometer.' De ander vertelt dat hun eigen duiven straks gelost worden aan de Franse grens, maar dat zij zelf dan alweer thuis zijn.

Ruud belt intussen met de lossingscommissie in Nederland. Kwart over acht, half negen, kwart voor negen. Prima, doen we dat. 

Lossen in groepen
De drieënveertigduizend duiven worden in drie groepen gelost, een kwartier na elkaar. Omdat er veel jonge duiven voor het eerst een grotere afstand meevliegen en je wil natuurlijk dat ze allemaal thuiskomen. 'Anders vliegen ze allemaal door elkaar. Die jonge duiven zijn net kuddedieren, pffffieieiet, allemaal door naar Gelderland of Friesland. Ja, daar komen ze uiteindelijk wel achter en dan komen ze weer terug. Maar toch…'
Hij kijkt op zijn horloge. Nog een minuut of tien voor de eerste lossing. Hij roept zijn mannen. 'Kom, we gaan snijden!'

De zijdeuren van de vrachtwagens worden geopend. Rats rats rats met een scherpe haak aan een lange stok trekken de mannen de loodjes van de manden waarin de duiven zitten. Alle manden zijn verzegeld omdat het een wedstrijd is.

Weten die duiven nu wat er gaat gebeuren? 
'De oudere duiven wel,' zegt Ruud. 'Sommigen zitten al voor het deurtje. Het is natuurlijk ook een spelletje hè. Je moet de duif motiveren. Thuis laat je de mannetjes en de vrouwtjes apart zitten en vlak voor ze gaan vliegen laat je ze heel even bij elkaar. Maar voor er wat gebeurt haal je ze uit elkaar en breng je ze weg. Nou, dan willen ze wel naar huis hoor, naar hun mannetje. Want ze weten: als ik er ben mag ik daar een paar uur blijven.'

Tijd om te gaan
Tijd om te gaan. Ruud staat ergens in het midden, scheidsrechters fluit in de mond, zijn blik strak op het horloge. Precies om kwart over acht klinkt het fluitsignaal. Deuren klappen open en overal waar je kijkt zie je duif. Klapwiekend schieten ze eerst vooruit en dan omhoog. In de lucht draaien ze een halve slag en daarna zetten ze koers naar het noorden. Stof dwarrelt naar beneden en her en der een veer. 
Twee mannen vertrekken alvast naar de bakker in het dorp. De vrachtwagens worden schoongeveegd, drinkbakjes leeg gekieperd en de zegels van volgende vlucht losgehaakt. De overgebleven duiven koeren zachtjes.

24/7 duif
Niels (19) is de zoon van Ruud en de enige van alle vervoerders die zelf ook duiven heeft. Hij is net geslaagd voor het vwo en wil veearts worden. Niels knikt: 'Bij ons thuis is het 24/7 duif. Met zo'n vader moet je wel, ik werd al meegesleurd toen ik net uit de luiers was. Dan weet je niet beter.' Vorig jaar heeft hij zijn groot rijbewijs gehaald en sindsdien zit hij altijd samen met zijn vader op de auto. Dat gaat goed, soms zijn er wel eens woorden. Waar verschillen vader en zoon in dan?

Niels glimlacht: 'Hij is wat menselijker. We krijgen regelmatig commentaar van de duivenliefhebbers. Ik ben dan heel hard en zeg dat ie gelijk een grote mond terug moet geven. Laat maar even zitten, zegt mijn vader dan. Kijk, het is prachtig weer vandaag en straks verloopt de vlucht misschien een beetje stroef. Dan krijg je van de duivenliefhebbers te horen dat je te vroeg hebt gelost. Of te laat. De duiven moeten achterin de auto en niet voorin. Bovenin, niet onderin. Als de duiven slecht vliegen krijgen we altijd commentaar. Duivenvolk is lastig volk hoor.'

Veel te veel tijd
Eigenlijk kan het helemaal niet, zelf duiven houden en óók nog mee op de auto. Dat kost veel te veel tijd. Maar Niels verzorgt zijn duiven doordeweeks en vrijdag draagt hij de taken over aan zijn moeder. Die korft de duiven in en brengt ze naar de vereniging.  Nee, zijn eigen duiven vervoert Niels nooit, al was het maar om te voorkomen dat men zou kunnen denken dat hij vals zou spelen. Je moet een beetje getikt zijn om hieraan mee te doen, denkt hij. Want nu is het mooi weer maar soms sta je tot je enkels in de bagger op een bietenveld. 'Maar deze club convoyeurs is fijn.' zegt Niels, 'We hebben van alles door elkaar: boeren en stadse mensen, jong en oud. Dit is gezelligheid.'

De laatste deuren worden opengeklapt. De duiven scharrelen onrustig in de manden, alsof ze weten wat er gaat komen. De twee Brabanders die even kwamen kijken staan inmiddels op de dijk 'voor het beste zicht.' 

'Ja,' zegt Niels, 'Thuis praat ik praat tegen mijn duiven. Je bent de bondscoach van je eigen duiven en je maakt je ploeg zo goed mogelijk klaar, ieder weekend weer, om zo goed mogelijk te presteren. En als je slecht vliegt moet je bij jezelf te rade gaan: wat heb ik verkeerd gedaan? En niet zoals vaak gebeurd de convoyeurs de schuld geven.' 

Vriendschap
Vriendschap, mannen die samen op pad zijn met een gemeenschappelijke liefhebberij: het vervoeren en lossen van duiven. Iedere week opnieuw, maanden achtereen. De duivenliefhebber betaalt een bedrag per duif, afhankelijk van de afstand die gevlogen wordt. Van dat geld worden de convoyeurs en de diesel betaald. 

'We vliegen tot eind september,' zegt Ruud, 'In oktober ga ik alles opruimen: manden schoonmaken, auto's schoonmaken. Daar ben ik wel een week of vijf mee bezig. Mijn vrouw, Niels en mijn vader en moeder komen dan ook helpen. Daarna organiseer ik voor iedereen een barbecue en dan ga ik met mijn vrouw naar Kaapverdië. All-inclusive hotel en klaar. Dan doe ik twaalf dagen helemaal niks.' 

De drieënveertigduizend duiven zijn om kwart voor negen allemaal gelost. Een Belgische madame trekt Ruud even aan zijn shirt: 'Op welk uur gaan de duiven gelost worden?' Dan ziet ze alle lege hokken. 'Amai, wat jammer. Mijn man wilde foto's trekken want het ziet er zó mooi uit al die duiven in de lucht.'

De convoyeurs moeten als gevolg van de rijtijdenwet tot drie uur vanmiddag wachten voor ze terug kunnen rijden. Daar ziet niemand het probleem van in. Campingstoeltjes worden tevoorschijn gehaald en rond de tafel gezet. Er zijn inmiddels tien stokbroden en Ruud bakt enorm veel eieren met spek op een tweepits gasstelletje. Een echt campingontbijt onder de Duffelse zon.

Ruud, terwijl hij behendig de omelet op een stuk stokbrood laat glijden: 'We hangen van broodjes en gezelligheid aan elkaar. Straks gaan we terug naar Nederland en stoppen we onderweg om een ijsje te eten. Bij thuiskomst drinken we samen nog een biertje, daarna kunnen we weer een paar dagen zonder elkaar.' 

Karin Stroo

Bert Bons

Redactiecoördinator van Het Kontakt-Alblasserwaard en Het Kontakt-Klaroen.nl

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Download onze app

Heb jij de app van Het Kontakt al?

Al het nieuws uit jouw regio
Direct op de hoogte
Gratis downloaden

Download onze app

Heb jij de app van Het Kontakt al?

Al het nieuws uit jouw regio
Direct op de hoogte
Gratis downloaden