• Het lespakket Lentekriebels zorgde voor veel ophef.
• Het lespakket Lentekriebels zorgde voor veel ophef. Foto: Rutgers

Ook hier in de regio ophef over Lentekriebels

Algemeen

IJSSELSTEIN / BENSCHOP / REGIO • Landelijk ontstond vorige week ophef over het lespakket Lentekriebels dat op een aantal Nederlandse basisscholen is behandeld. Er gingen berichten rond dat dit lespakket over seksualiteit veel te expliciet zou zijn voor de kinderen. Ook bij de basisscholen in de regio spraken ouders hun zorgen uit. 

“Ja, we hebben inderdaad een aantal vragen hierover gehad”, laat schooldirecteur Rick de Vos van basisschool de Torenuil in IJsselstein weten. “Ouders maakten zich vooral veel zorgen over de heftigheid van de onderwerpen. Dit kwam vooral doordat er in het nieuws en in social media werd gesproken over bijvoorbeeld orale seks. Gelukkig konden wij heel goed aan ouders uitleggen dat wat gecommuniceerd wordt in de media niet klopt met wat wij op school doen.”

Onjuiste berichten

Online gingen berichten rond dat kinderen van 4 jaar voorlichting kregen over orale en anale seks en dat in de leerstof ‘wordt goedgepraat hoe kinderen van 9 jaar leren masturberen’. Deze berichten klopten niet, maar zorgden voor veel ophef.
Kenniscentrum voor Seksualiteit Rutgers stelt samen met de GGD’s ieder jaar de inhoud voor de week van de Lentekriebels samen. “Totale onzin”, noemde het kenniscentrum de berichten die rondgingen op social media. “Elke groep krijgt voorlichting op een niveau dat volgens deskundigen bij de leeftijd past. Het project leert leerlingen van groep 1 tot en met 8 over weerbaarheid, relaties en seksualiteit. Alles wat wij doen, is wetenschappelijk onderbouwd en juist bedoeld om kinderen zo goed mogelijk te ondersteunen in hun ontwikkeling.”

Op de juiste manier

“Als school ben je verplicht aandacht te geven aan seksuele vorming, maar ben je ook vrij om keuzes te maken. Leerkrachten kijken naar het lesmateriaal en maken zelf keuzes die passend zijn bij de leeftijd en de groep”, vult De Vos aan. “Wij vinden het belangrijk dat de seksuele vorming op school plaatsvindt. Niet ieder kind is daar misschien al mee bezig, maar tegelijkertijd zijn kinderen steeds meer online op internet en social media. Dan is het beter dat kinderen op school goede voorlichting krijgen, op de juiste manier, met de juiste materialen, dan dat ze opeens een filmpje online zien waarin allerlei seksuele handelingen plaatsvinden. Of dat er buiten schooltijd door vriendjes/vriendinnetjes met termen wordt gegooid die kinderen op de verkeerde manier interpreteren.” 

Andere lespakketten

Overigens zijn scholen vrij om een eigen keuze te maken met welk lespakket zij invulling aan het onderwerp willen geven. Ruim 40% van de basisscholen maakt gebruik van de Lentekriebels, andere scholen niet. Er zijn ook andere lespakketten zoals bijvoorbeeld Wonderlijk, gemaakt voor ‘seksuele vorming vanuit een christelijke levensvisie’. Op de Eben Haezerschool in Benschop maken ze onder meer gebruik van dit pakket. “Ook wij hebben vragen gekregen van ouders. Maar gelukkig konden we ouders goed uitleggen wat er echt aan de hand was”, vertelt schooldirecteur Henry van Beusekom. 

Reactie minister

Ook minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs Dennis Wiersma reageerde op de ophef. Hij gaf aan dat het juist belangrijk dat kinderen op school leren hoe ze respectvol omgaan met seksualiteit en diversiteit. Het lesmateriaal is volgens de minister aangepast aan de leeftijd van leerlingen en gebaseerd op wetenschappelijke inzichten. 

In de klas

En hoe gaat het dan in de klas? Dit jaar stond de vraag ‘Wat vind ik fijn?’ bij de Lentekriebels centraal. Zo wrijven kinderen in groep 5 bijvoorbeeld een watje of een schuursponsje over hun hand, anderen knijpen in een zakje met smurrie. De leerkracht vraagt hoe dit voelt. “Zacht” en “Prikkelig” reageren de kinderen. En dat is wat de juf vandaag de leerlingen wilde leren: “Sommige dingen voelen fijn en andere dingen niet zo fijn.”

Linda de Kort