Vragen Onafhankelijk Papendrecht over verhuizing wethouder Van der Borg naar Den Bommel
AlgemeenPAPENDRECHT • Wethouder Jan Dirk van der Borg (CDA) verruilt zijn woonplaats Apeldoorn niet voor Papendrecht, maar voor Den Bommel. Onafhankelijk Papendrecht vindt dit heel vreemd.
‘Is het voor wethouder Van der Borg - met een fulltime wethoudersalaris - echt niet mogelijk gebleken een woning in Papendrecht te vinden?’, zo vraagt de lokale partij in meerdere schriftelijke vragen aan burgemeester en wethouders.
Wethouder Van der Borg zelf lichtte aan de gemeenteraad toe waarom de nieuwe woonplaats van zijn gezin Den Bommel (op ruim een half uur rijden van zijn werkplek) wordt en niet Papendrecht. ‘Met een huizenmarkt die onder druk staat, een fors stijgende hypotheekrente én een derde kindje op komst (maart 2023), hebben we als gezin bepaalde keuzes moeten maken.’
‘Ook vonden we het niet verstandig om te wachten tot de periode na de zwangerschap om toch die gewenste en passende woning in Papendrecht te vinden. Nu we op korte termijn (januari 2023) dichterbij komen wonen, kan ik mijn rol als wethouder richting de samenleving beter vervullen.’
Vrijstelling
Onafhankelijk Papendrecht vraagt daarnaast of het wettelijk niet zo is dat een wethouder moet wonen in de gemeente waar hij of zij werkt. Dit is inderdaad zo, maar een gemeenteraad kan hiervoor jaarlijks een vrijstelling verlenen. Zo woonde oud-wethouder Arjan Kraijo van de gemeente Alblasserdam de acht jaar dat hij deze functie bekleedde in Langerak.
De partij zet als laatste ook vraagtekens bij de betrokkenheid van Van der Borg. ‘De wethouder heeft er kennelijk bewust voor gekozen niet naar Papendrecht te verhuizen, maar naar Den Bommel. Geeft dit volgens het college ook niet aan dat hij Papendrecht als een gemeente ziet die niet echt zijn prioriteit heeft?’.
Theater
Wethouder Van der Borg ziet er daarentegen juist naar uit om dichter bij zijn werkplek te wonen. ‘Ik kijk er naar uit om frequenter Papendrecht in te gaan, bijvoorbeeld door een avond naar het theater te gaan en op zaterdag langs de zijlijn bij een Papendrechtse club te staan.’