Natuurvriendelijk onderhoud
Dat er sprake is van een verontrustende teruggang in natuurwaarden zal een geïnteresseerde nieuwslezer overbekend zijn. Op lokaal niveau is daarin nog veel te winnen door de aanleg van bloemen- en kruidenvelden op bermen. Ook kan er op monotone grasvelden, die geen specifiek agrarisch doel hebben, natuurwaarden toegevoegd worden. Die kunnen dienen om de natuur op lokaal niveau te herstellen door de aanplant van stuiken en bomen. Afscheidingen met natuurlijke heggen zijn goede fijnstofvangers en domicilie voor insecten en vogels.
Toen in 1823 de schrijver Jacob van Lennep en jonkheer van Hoogendorp een voetreis door Nederland maakten, vonden ze heidevelden saai en een moerasbos ‘gribus’. Ze schreven verrukt over gebieden met aangeharkte tuintjes en velden met landbouwgewassen. In die tijd was nog circa 30% van Nederland oorspronkelijk gebied. Naar toenmalige opvattingen gebieden zonder enige waarde. Tot de jaren dertig van de vorige eeuw werden ‘woeste en onbruikbare’ gebieden nog ontgonnen. Bomenkap, kanaliseren van meanderende beken, uitbreiden van weide- en landbouwgronden ,intensivering van grondgebruik leidden tenslotte tot een verarming van de eens zo rijke natuur. Tegenwoordig worden beken weer meanderend gemaakt en wordt voormalig weidegebied gebruikt voor herstel van de natuurwaarden.
Helaas wordt er in Molenlanden nogal rigoureus onderhoud gepleegd. Nog steeds geldt het als een verdienste om bij bermen en potentiële natuurgebieden het gras te millimeteren. Alles netjes glad scheren geldt als lovenswaardig onderhoud, maar is desastreus voor de biodiversiteit en omgevingswaarden.
Hoe het natuurvriendelijker kan laat het Waterschap zien. De bermen langs de Vort worden met inzicht opgeschoond. Lisdodden, riet, dotters ,kattenstaarten en kleine struiken worden ontzien. Hier wordt niet alles kaalgeschoren , maar met vakmanschap onderhoud gepleegd! Het gevolg is dat de bermen en de waterkant in het voorjaar een oase aan wilde bloemen opleveren.
Waarom werkt de gemeente Molenlanden ( op daarvoor in aanmerking komende arealen) niet op deze manier? De groenwerkers van de gemeente zijn ijverig en goed gemotiveerd; daar ligt het niet aan. Waaraan dan wel? Moet de leiding van de afdeling cultuurtechniek naar een bijscholingscursus ? Minder rigoureus onderhoud is een zegen voor de natuur en goed voor de gemeentekas. En het verrijkt de omgeving.
G.M.J. van Noordennen, Hoornaar