• Vanaf 1 maart moeten boeren bij het bemesten rekening houden met bufferstroken.
• Vanaf 1 maart moeten boeren bij het bemesten rekening houden met bufferstroken. Foto: Hansenn

Bufferstroken: geen drie, maar veelal één meter

regio • De veelbesproken bufferstroken zullen zeker hun impact hebben op agrariërs in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. In vrijwel alle gevallen gaat het niet om stroken van drie meter, maar om één of een halve meter. Boerenorganisatie LTO Alblasserwaard-Vijfheerenlanden plaatst grote vraagtegens bij nut en noodzaak van de maatregel in de streek.

Want doel van de bufferstroken waarop geen mest mag worden uitgereden is het verhogen van de waterkwaliteit. "In onze streek zijn er op dat gebied geen problemen volgens het waterschap", benadrukt Bas Bassa, melkveehouder in Meerkerk en bestuurslid van LTO Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. "Het levert dus nauwelijks iets op, maar brengt wel grote nadelen voor boeren met zich mee. Er zal mest moeten worden afgevoerd, wat kostenverhogend werkt. Daarnaast komen er gewassen terug die door bemesting zijn verdrongen en giftig zijn voor het vee, zoals heermoes, en gaat de kwaliteit van het gras op de bufferstroken omlaag." 

Waterschap Rivierenland stelt in een reactie niet het bevoegd gezag te zijn op dit punt. "We werken samen met onder meer agrariërs om de kwaliteit van ons leefgebied te verbeteren. Daarin zetten we mooie stappen. Het is wel een doorlopend proces." De maatregel van de bufferstroken kwam nadrukkelijk in beeld nadat in januari bekend werd dat de Europese Unie het uitstel van het invoeren van de bufferstroken, waar landbouwminister Piet Adema zich op richtte, niet toestond. Het houdt in dat vanaf 1 maart boeren met de stroken rekening dienen te houden. In de berichtgeving ging het vaak over drie meter. In de slotenrijke omgeving van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden zou dat een heel grote impact hebben op de bedrijfsvoering van de agrariërs. "Ik merk dat dat bij velen tussen de oren zit, maar in de praktijk zal die drie meter vrijwel niet voorkomen", licht Bas Bassa toe. "Dat heeft te maken met de verschillende soorten watergangen. Bij de meeste sloten in onze omgeving geldt een bufferstrook van drie meter, die niet meer dan vier procent van het oppervlakte van het perceel mag beslaan. Met de groottes van de percelen in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden is de oppervlakte van de bufferstrook van drie meter al snel meer dan vier procent van het totale perceel." De volgende stap is een strook van één meter. "Daaronder valt het gros van de weilanden. Beslaat de bufferstrook met één meter nog steeds meer dan vier procent van het oppervlakte, dan is een bufferstrook van een halve meter verplicht." Dat is minder ingrijpend dan de veelgenoemde drie meter, maar tegelijkertijd is de impact groot. "Als je nagaat dat een boer hier gemiddeld zo'n vijftig hectare grond heeft, dan gaat het al gauw om een hectare die je niet kunt bemesten. Dat is aanzienlijk."

Volgens Bassa krijgen de agrariërs in februari via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland een overzicht welke bufferstrook voor welk perceel geldt. Het schept duidelijkheid, maar is tegelijkertijd voer voor discussie. Want vanaf welk punt ga je rekenen waar de bufferstrook begint? "Dat moet vanaf de insteek van het perceel. Het maakt uit of de slootrand steil is of heel geleidelijk aflopend. De Europese regelgeving vormt een dik boekwerk, maar een duidelijke omschrijving van waar een talud begint en ophoudt zijn wij nog niet tegengekomen. Boeren kunnen bezwaar aantekenen tegen de voorgestelde intekening en oppervlakte van de bufferstrook. Dat zal zeker veel gaan gebeuren."

Geurt Mouthaan