Eline Lahr gaat haar trainer missen
SportCAPELLE • Met het eerste vrouwenteam van Hockey Club Capelle is Eline Lahr bezig aan een stabiel seizoen in de middenmoot van de vierde klasse. “Dat is prima zo,” zegt de 21-jarige aanvoerster. “Zeker voor wie weet dat we een goeddeels vernieuwde selectie hebben.”
De voorbije zomer namen nogal wat vaste gezichten van Vrouwen 1 afscheid van het Schenkelse keurkorps. Er voor in de plaats kwamen speelsters uit HCC A1, het tweede team en HC de IJssel uit Nieuwerkerk. “Zoveel mutaties zorgen ervoor dat je aan elkaar moet wennen,” heeft Eline Lahr ervaren. “Het kost simpelweg tijd om elkaars specifieke kwaliteiten te leren kennen en goed samen te leren spelen. Gaandeweg de competitie zag je de ploeg steeds wat stabieler worden. En minstens zo belangrijk: we bleken het ook nog eens goed met elkaar te kunnen vinden. Ik heb het dan ook erg naar mijn zin in deze groep.”
Eline Lahr - vierdejaars student Bedrijfskunde - maakt sinds drie seizoenen vast deel uit van de vrouwenselectie van HCC. Hockeyen doet ze al sinds haar vijfde. Een groot deel van haar sportloopbaan had en heeft ze te maken met Herman van Prooije als trainer/coach. Ook dit seizoen begeleidt de ervaren rot in het hockey-vak Vrouwen 1. “Ik ben bij HCC opgegroeid onder de vleugels van Herman,” zegt Eline Lahr. “Hij is als een tweede vader voor mij, zo voel ik dat écht. Vanwege die speciale band vind ik het enorm jammer dat Herman aan het eind van dit seizoen stopt met Dames 1. Hij vindt dat een jonger iemand het maar eens over moet nemen. Wie de nieuwe trainer wordt is nog niet bekend, maar wat ik al wél weet is dat ik de vertrouwde aanwezigheid van Herman zal gaan missen.”
Zelf speelt ze als mid-mid i HCC 1. “Een heerlijke positie,” zegt ze. “Je kunt zowel aanvallend als verdedigend iets betekenen voor het team en op deze plek kan ik mijn passes goed kwijt aan de spitsen. Qua overzicht sta ik op de juiste plek, maar mijn scorend vermogen mag wel wat beter. Ik ben geen type dat het kleinste gaatje probeert te benutten om raak te schieten, ik kijk op dat soort momenten eerder of er een ploeggenoot beter voor staat dan ik. Dat is de aard van het beeste, hé.”
Jan Timmer