René de Lely: interim-trainer van SVS.
René de Lely: interim-trainer van SVS. Foto: Johan Sepers

Plezier én voetbal zijn terug bij SVS

capelle • Met nog één speelronde te gaan is zelfs directe handhaving nog mogelijk voor de voetballers van SVS. Wanneer de Schollevaarders zaterdag winnen van Neptunus Schiebroek en Hillegersberg het laat liggen tegen VVGZ is de buit binnen.

Mocht de 'Houdini-act' slagen dan mag dat gerust een wonder worden genoemd. Bij minder gunstige uitslagen wacht SVS de nacompetitie waarin de plek in de tweede klasse kan worden vastgehouden. Dat SVS zich na een dramatische seizoenstart en een teleurstellend tweede deel van de competitie zó heeft opgewerkt heeft de club te danken aan René de Lely. De 60-jarige Rotterdammer is alweer de derde trainer die dit seizoen op sportpark Schenkel aan het roer staat. Waar zijn voorgangers Roy Brinkman en Bert van Opstal er niet in slaagden om het zwalkende elftal vlot te trekken, lukte dat De Lely wél. Zijn geheim? "De sfeer en het voetbal terugbrengen," zegt hij. "Voeg daarbij een vleugje mazzel en je kunt een eind komen." De Lely - al dertig jaar bij SVS betrokken en tot voor kort trainer van het tweede team - werd na het abrupte afscheid van Van Opstal gevraagd om het vlaggenschip over te nemen. Binnen de kortste keren maakte hij van een tobbende groep voetballers een enthousiaste ploeg met overlevingsdrang. Daarnaast voerde hij wat wijzigingen uit in de speelwijze. "Ik heb mij de voorbije jaren best lopen ergeren aan het type voetbal dat SVS op de mat legde. Het was spel in de categorie 'lange halen, gauw thuis'. Ik zie liever een verzorgder variant en vind ook dat we daar de spelers voor hebben. Dus ben ik samen met mijn stafgenoten Leo Hilberding en Andries Hansen en wat gaan sleutelen aan de formatie. Daarbij had ik het geluk dat we meteen in mijn eerste wedstrijd (tegen Alexandria'66, red.) een klinkende overwinning wisten te behalen. Dat gaf een geweldige boost aan het team. Sindsdien hebben we ons weten op te werken naar een betere positie op de ranglijst en nu zou het mooi zijn als de jongens zichzelf kunnen belonen met handhaving. Mochten we onverhoopt toch degraderen, dan heb ik er vertrouwen in dat de selectie voor een groot deel bijeen blijft en de club kan bouwen aan iets moois. Zelf ga ik dan weer met veel plezier met het tweede elftal aan de slag. Ik ben clubman, hé. Mijn vrouw, mijn zonen Jeroen, Yannick en Jesse hebben allemaal een sterke band met SVS. Het voelt hier als thuis."