Prijsuitreiking meesterstukken
schoonhoven • Maar liefst acht prijzen zijn zaterdag in het Nederlands Zilvermuseum uitgereikt aan (ex)studenten van de Vakschool. Naast meesterstukken van eindexamenkandidaten waren er miniaturen van derdejaars studenten.
"De storm Eunice symboliseert wat studenten en docenten de afgelopen twee jaar hebben doorgemaakt", geeft Karin Voskamp aan in haar toespraak. Ze is sinds februari 2019 directeur van de Vakschool. Haar blijdschap steekt ze niet onder stoelen of banken. Eindelijk kon de jaarlijkse uitreiking weer plaatsvinden. Door creativiteit en omdat praktijkonderwijs redelijk snel weer door kon gaan, is de leerschade meegevallen. Hiervoor is wel hard gewerkt met een inhaalprogramma in het afgelopen schooljaar.
Ieder jaar krijgen de eindexamenkandidaten de opdracht om een meesterstuk te maken. Een deskundige jury buigt zich over de gemaakte creaties. In het Zilvermuseum volgt daarop een expositie om de ontwerpen aan het publiek te tonen. De opleiding tot uurwerktechniek doet niet mee in het maken van een meesterstuk. Zij leren juist de technische kant om reparaties uit te voeren. Vol trots benoemt Karin dat de school vorig jaar is gestart met het 'Zadkine-horloge'. Gedurende de opleiding bouwen leerlingen zelf een horloge aan de hand van beschikbaar gestelde onderdelen. Een kwestie van tijd, dat ook zij in de toekomst meesterwerken presenteren.
De uitslag per categorie was als volgt: meesterstukken: 1. Jessie Spitteler (daarnaast een eervolle vermelding voor Richard Schaaf en Joran van Bart); miniaturen: 1. Anna Boeije, 2. Joris van Dongen en 3. Servier van Velthuijsen; video-award: Merel van der Klugt; publieksprijs: Thijn Kellenaers. De prijzen zijn waardebonnen van groothandels uit het vak en edelstenen. Anna Boeije kreeg uit handen van opleidingsmanager Laurens van Rens een authentieke wals.
Enige humor bracht de eervolle vermelding van Joran van Bart. Hij heeft een varkensskelet van zilver gemaakt. Het verhaal hierachter is dat hij enige tijd geleden bij een landgoed in Leersum een verdwaald biggetje vond. Inmiddels luistert het beest naar de naam Herman en is ruim 300 kilo zwaar. Breed glimlachend vertelt Joran dat zijn ontwerp zo goed als zeker is verkocht. Daarbij is er een grote kans dat zijn creatie wordt opgenomen in de zilvercollectie van het kasteel van Amerongen. Wie de pronkstukken wil bewonderen, is tot 6 juni welkom in het Nederlands Zilvermuseum.
Dirk Molenaar