• Kees Bel bij kindcentrum Werelds in Vianen.
• Kees Bel bij kindcentrum Werelds in Vianen. Foto: Aangeleverd

In gesprek met wethouder Kees Bel: ‘De klap van corona bij jongeren moeten we niet onderschatten’

Algemeen

VIJFHEERENLANDEN • Als vrijwilliger is Kees Bel alom bekend. Hij was onder andere jeugdouderling bij de kerk en zette zich in voor Jeugd Actief Leerdam, maar ook was hij actief voor het schoolbestuur van middelbare school Het Heerenlanden. Gemeenschappelijke deler binnen die posities? Het bezig zijn met de jeugd. En laat dat nou net één van de portefeuilles van Bel zijn. 

Bel is de komende jaren namelijk verantwoordelijk voor de portefeuilles Wmo, Volksgezondheid, Onderwijs, Bibliotheken, Sport, Landbouw en Klimaat (samen met wethouder Ton van Maanen) én dus Jeugd. 

Nauw verbonden
“Het is een hele brede portefeuille, maar er zijn wel een aantal onderwerpen die elkaar raken”, vertelt Bel. Jeugd, onderwijs, sport en volksgezondheid heeft natuurlijk alles met elkaar te maken. Ik vind het belangrijk dat jeugd van alle leeftijden de mogelijkheid heeft om te sporten, ook zij die daar van huis uit misschien niet de financiële middelen voor hebben. Wij moeten die vanuit de gemeente stimuleren. In het laatste geval door geld beschikbaar te stellen via Stichting leergeld, maar dus ook door te zorgen voor voldoende en kwalitatief goede faciliteiten.”

Sport is belangrijk volgens Bel. Niet in de laatste plaats doordat corona gezorgd heeft voor een mentale klap bij veel jongeren. 

Bel: “Dat moeten we niet onderschatten. Voor de pandemie zaten er zo’n 500 jongeren in een programma van Jeugdzorg. Nu zijn dat er 800. Mede hierdoor zijn de kosten hiervoor op dit moment de hoog. Jongeren die sporten voelen zich gelukkiger. Door voldoende mogelijkheden te bieden tot bewegen, kunnen we voorkomen dat ze in de Jeugdzorg terecht komen. Dit draagt dus bij aan de volksgezondheid. Vandaar mijn opmerking dat de portefeuilles nauw met elkaar verbonden zijn.”

Kees Bel is als wethouder afgevaardigde van het CDA, een partij waar hij vanaf 2010 bij is betrokken. Eerst als secretaris van het afdelingsbestuur voor de Leerdamse tak. Vanaf 2019 is hij gemeenteraadslid voor CDA Vijfheerenlanden. 

Betere en mooiere omgeving
Bel: “Bart Bruggeman heeft me destijds gevraagd of ik interesse had om wat te doen binnen de politiek. Vanuit mijn vrijwilligerstaken had ik al veel contact met de lokale overheid en het leek me inderdaad wel wat, omdat ik graag iets wilde toevoegen. Ook als vrijwilliger was mijn doel al om de eigen omgeving beter en mooier te maken. Ook nu als wethouder blijft dat mijn streven. Ik vind het belangrijk om tussen de mensen te blijven staan, ook als politicus.”

“De gemeente is de hardware en de mensen daarbinnen zijn de software. Het zijn die mensen die alles de moeite waard maken, dat hebben al die jaren vrijwilligerswerk me geleerd. Als je kijkt naar een evenement als het Timmerdorp. Dat is iets wat over scholen heen wordt georganiseerd. Kinderen vinden het zo leuk en er zijn zo veel welwillende vrijwilligers bij betrokken.”

Wachttijd Wmo
Eén van de eerste dossiers waar Bel mee aan de slag wil is de wachttijd Wmo. Kort uitgelegd: de gemeente is verantwoordelijk om mensen die niet op eigen kracht redzaam zijn te ondersteunen. Het kan dan gaan om mensen die begeleiding of dagbesteding nodig hebben, ondersteuning voor mantelzorgers, maar opvang van daklozen of mensen die slachtoffer zijn van huiselijk geweld.

Bel legt uit: “De wachttijd voor die hulpbehoevenden is al langer een probleem. Dat heeft onder andere te maken met de krappe arbeidsmarkt, waar ook wij last van hebben. We zijn dan ook heel blij dat we onlangs weer twee nieuwe mensen hebben kunnen aannemen. Verder zijn we aan het kijken naar hoe we processen kunnen versimpelen en dus versnellen, zodat mensen eerder geholpen zijn.”

Vertrouwen in de politiek
De grootste uitdaging ligt volgens Bel in het herstellen van het vertrouwen van de inwoners in de politiek.

“De landelijke politiek draagt hier niet aan bij momenteel. Aan de andere kant is dat ook een kans voor ons. Wij kunnen laten zien dat we betrouwbaar zijn en tonen we goed met de inwoners kunnen samenwerken. We moeten de krachten van ons maatschappelijke middenveld sterk houden, waar deze al krachtig is en versterken waar nodig.”

“Ook door krachten van overal binnen de gemeente te bundelen kunnen we sterk worden. Als we een goed sociaal netwerk hebben binnen alle kernen, dan zal iedereen -jong en oud- zijn of haar plekje binnen de gemeente vinden en elkaar helpen en ondersteunen. Dat is misschien ideologisch beeld, maar daar wil ik graag voor strijden.”