Leerdammer vrijgesproken van verkrachting

leerdam • Een 30-jarige arrestantenverzorger uit Leerdam is vrijgesproken van het verkrachten van een vrouw in een Rotterdamse politiecel. De rechtbank in Rotterdam twijfelde aan de verklaringen van het vermeende slachtoffer en zag geen overtuigend ander bewijs. Tegen verdachte S.Y. was in eerste instantie door het Openbaar Ministerie 20 maanden celstraf geëist.

De destijds 21-jarige Rotterdamse werd in augustus 2020 opgepakt voor haar rol bij een woningoverval. Hiervoor werd ze later veroordeeld tot 22 maanden celstraf. Haar celstraf viel destijds iets lager uit, omdat ze volgens de rechtbank door de politie onheus was bejegend door een de Leerdammer. 

Dat incident betrof het mogelijk misbruik door Y., waarvan ze op dat moment aangifte had gedaan. De Leerdammer had de dag van haar arrestatie dienst en was tot negen keer toe in zijn eentje de cel van de 21-jarige vrouw binnengelopen. Waarschuwingen van collega's aan het begin van de dienst dat de vrouw ‘aandacht van mannen leuk vond’, zou Y. niet hebben meegekregen.

Niets in logboek

Verder lapte Y. de werkregel aan de laars dat arrestantenverzorgers altijd gezamenlijk een cel moesten betreden ‘om misverstanden te voorkomen’. Evenmin legde Y. zijn bezoeken vast in een logboek, zoals gebruikelijk was en zou moeten.

Allemaal zaken die het Openbaar Ministerie overtuigden dat de arrestante de waarheid vertelde dat de Leerdammer haar had betast en had gedwongen tot ontucht. Als extra bewijs wees de officier van justitie op DNA dat was gevonden in het slipje van de vrouw. Dat was met een kans van 1 op 70.000 van verdachte Y.

Verklaringen niet consequent

De Leerdammer ontkende vanafg het begin af aan met klem alle beschuldigingen en vond de rechters dinsdag aan zijn zijde. “Haar aangifte is het belangrijkste bewijsmiddel. De vrouw heeft een aantal keren verklaringen afgelegd, maar die zijn op essentiële punten onjuist en niet consequent”, klonk het vonnis.

Zo vond de rechtbank het opmerkelijk dat het vermeende slachtoffer tegen haar advocaat in eerste instantie alleen zei dat de Leerdammer ‘avances’ had gemaakt en haar betastte aan borsten en billen. Bij haar aangifte ging ze plots een stap verder en sprak ze over verkrachting.

Geen overeenkomst

“Gelet op het indringende karakter van de handelingen is het opmerkelijk dat ze tegen haar advocaat hiervan geen melding maakt”, aldus de rechters, die erop wezen dat ze het verkrachtingsverhaal later ook weer introk. 

Tevens had de inmiddels 23-jarige vrouw volgens hen een totaal andere omschrijving gegeven van het geslachtsdeel van de man. “Die komt op geen enkele manier overeen met de werkelijkheid."

Vrijspraak vonden ze de enige optie. “We twijfelen zodanig aan de betrouwbaarheid van verklaring van de aangeefster dat die niet kan bijdragen aan het bewijs. En overig aanvullend bewijs ontbreekt in deze zaak.”

DNA

Het DNA op de slip kon er volgens de rechters op zijn gekomen, doordat Y. die -zoals door hem verklaard- mogelijk opzij had geschoven. “Op het gedrag van de verdachte van die dag kan wat aan te merken zijn, maar dat kan geen zelfstandig bewijs opleveren.”