• Jan Willem van Zeitveld wordt door Majoor Marco Kroon de insigne opgespeld.
• Jan Willem van Zeitveld wordt door Majoor Marco Kroon de insigne opgespeld. Foto: aangeleverde foto

Draaginsigne voor Jan Willem van Zeitveld

tricht • UNPROFOR-veteraan Jan Willem van Zeitveld kreeg vorige week door niemand minder dan majoor Marco Kroon een Draaginsigne Gewonden uitgereikt. Dit officiële gebeuren vond plaats op Kamp Soesterberg bij de Historische Collectie van het Regiment Technische Troepen.

De tekst op het draaginsigne VULNERATUS NEC VICTUS (gewond maar niet verslagen) is zeker op Jan Willem van toepassing.

In 1994 is Jan Willem, als technisch specialist, uitgezonden geweest naar Bosnië en raakte daar psychisch gewond. 

Daarover zegt hij: “Ik heb daar de duistere kant van de mensheid leren kennen. Een levenslange strijd met mezelf en mijn trauma’s zijn het offer voor wat doorging als Vredesmissie. Ik ben blij met de erkenning die ik nu heb gekregen vanuit het Ministerie van Defensie.”

Erkenning

Speciaal voor deze gelegenheid was Majoor Marco Kroon, drager van de Militaire Willems Orde naar Soesterberg gekomen. Hij heeft in aanwezigheid van familie, oud-collega’s, Regiment commandant Technische Troepen, de onderscheiding opgespeld.

Als blijk van erkenning ontving Jan Willem een gelimiteerde (speciaal door Majoor Marco Kroon ontworpen) waarderings-coin.

Vanuit het Regiment VVRTT, de legerpredikant en overige vrienden, heeft Jan Willem diverse bijzondere aandenkens gekregen.

Deze bijzondere gebeurtenis werd afgesloten met het bekende Regimentsdrankje, in dienstkringen genoemd ‘smeerolie’. De proost werd uitgebracht op een toekomst met nieuwe energie.

Voor wie?

Het Draaginsigne Gewonden wordt uitgereikt aan militairen en veteranen die onder oorlogsomstandigheden of vredesmissies lichamelijk of psychisch gewond zijn geraakt. Voor toekenning van deze onderscheiding worden er strenge regels gehanteerd. De lichamelijke of psychische verwondingen moeten het gevolg zijn van vijandelijk handelen in oorlogsomstandigheden.

Vredesmissie

In de jaren negentig nam Nederland deel aan de vredesmissie in het voormalige Joegoslavië. 

Na afloop van de Koude Oorlog viel hier het etnisch en religieus verdeelde Joegoslavië uiteen. 

In Slovenië kon een militaire confrontatie dankzij de inzet van militaire waarnemers (European Community Monitoring Mission) in 1991 in de kiem worden gesmoord, maar in de deelrepublieken Kroatië en Bosnië-Herzegovina kwam het snel daarna tot een burgeroorlog tussen bevolkingsgroepen van verschillende etnische afkomst.

Bosnië-Herzegovina werd het toneel van de felste strijd, waarbij vooral de Bosnische Serviërs zich schuldig maakten aan etnische zuiveringen en moordpartijen.

De lichtbewapende United Nations Protection Force (UNPROFOR) stond hier bijna machteloos tegenover. Deze vredesmacht opereerde eerst in Kroatië, maar verlegde de aandacht al vrij snel naar Bosnië-Herzegovina.

Nederland leverde met een verbindingsbataljon en een transporteenheid van meet af aan een flinke bijdrage aan UNPROFOR.

De luchtmacht (F-16’s) en de marine namen vanaf 1992-1993 bovendien deel aan belangrijke ondersteunende operaties, terwijl tientallen Nederlandse militairen in de regio deelnamen aan kleinere politie- of waarnemingsmissies.

Het meest gezichtsbepalend was uiteindelijk echter de inzet van een bataljon van de Luchtmobiele Brigade in de Bosnische moslim-enclave Srebrenica.

Deze Nederlandse missie in Srebrenica eindigde dramatisch toen Bosnische Serviërs de enclave in juli 1995 veroverden en vervolgens meer dan 8.000 Bosnische moslims vermoordden.