• In 1985 won zangkoor Hallelujah een prijs bij de bevrijdingsoptocht, achterop de wagen het vaandel.
• In 1985 won zangkoor Hallelujah een prijs bij de bevrijdingsoptocht, achterop de wagen het vaandel. Foto: Collectie Streekarchief

Paascantate kon vanwege corona al niet doorgaan

'We zagen het aankomen'

werkendam • Het prachtige roodfluwelen vaandel van de christelijk gemengde zangvereniging Hallelujah staat nog op zolder bij voorzitter Arie Brienen (76). Wat daarmee gaat gebeuren nu het koor per 1 januari voorgoed stopt met zingen weet hij nog niet. Dat geldt ook de overgebleven koorkleding, die nog bij het oudste koorlid Lenie van der Steenhoven-Zwets (92) in de kast hangt. Het was al een paar jaar aanmodderen met het koor, zo laat voorzitter Brienen weten. Wat ze ook probeerden, het lukte maar niet om nieuwe, jongere leden te vinden. Een jaar geleden gaven ze hun laatste kerstconcert, het zingen van de paascantate in april kon vanwege corona niet meer doorgaan. Ook de repetities kwamen stil te liggen. Lenie van der Steenhoven-Zwets is het oudste lid van het koor en gaat vooral de gezelligheid van de oefenavonden missen. "Net na de oorlog werd ik lid, maar ik ben daarna ook een tijdje geen lid geweest. Het was echt een hele gezellige club, ik keek er altijd naar uit om te gaan zingen. Als er iemand jarig was werd er altijd getrakteerd." Een favoriet lied kan ze niet noemen, maar ze zong graag Bach of Handel. "We zongen altijd zoveel mooie psalmen met prachtige uitgewerkte melodieën. We hadden ook steeds fijne dirigenten." Als oudste lid heeft ze niet alleen haar herinneringen aan het koor, maar ook nog een kast met koorkleding. Leden die stopten bij het koor leverden de kleding bij haar in. "Dat doe ik al zeker 40 jaar. We hebben ook een keer onze oude koorkleding naar een koor in Roemenië opgestuurd." Liefst was ze nog blijven zingen, maar ze heeft ook begrip voor het besluit om te stoppen.

De christelijk gemengde zangvereniging Hallelujah is opgericht in 1907 en was altijd verbonden aan de Maranathakerk in Werkendam. Zoals het net iets eerder opgerichte koor Soli Deo Gloria verbonden was aan de hervormde kerk; zij bestonden op Tweede Kerstdag 114 jaar. Zo heeft bijna iedere kerk in Werkendam haar eigen koor en kent het dorp een bloeiende zangcultuur. De laatste jaren is de lust tot zingen tanende, zo verdween eerder het dameskoor van de Verenigde Zangers en zagen andere koren het aantal leden teruglopen. Nu vanwege corona al maanden niet meer gerepeteerd kan worden, lijkt zangkoor Hallelujah het eerste koor dat het bijltje erbij neergooit. Het koor telde nog 27 leden met een gemiddelde leeftijd van 78 jaar; in het afgelopen jaar verloor het koor twee leden door overlijden. "Het blijft jammer, maar we zagen het aankomen. Oudere leden wilden soms ook liever niet meer in de avond van huis. Samen met mijn vrouw haalde ik altijd enkele leden op voor de repetities, maar daar ging ik zelf steeds meer tegenop zien. Ook was ons muziekgenre niet meer zo in trek", zo vertelt voorzitter Brienen. Het vinden van bestuursleden verliep eveneens steeds stroever, zelf is hij al 42 jaar voorzitter. Samen met zijn vrouw zette hij jarenlang acties op om geld in te zamelen, zoals de verkoop van bloemen en speculaas. Door het krimpend ledenaantal werd het steeds moeilijker om alles te bekostigen.

Adrie Verheij-Visser (88) is met 73 jaar het langste lid van het koor. Jarenlang haalde ze met andere koorleden oud papier op om zo geld voor het koor bijeen te sprokkelen. "Dat was vooral gezellig met elkaar, we haalden het papier op met een karretje. Halverwege wilde het papier dan nog weleens wegwaaien en moesten we het weer oprapen." Ze werd al jong lid van het koor. "Je moest eigenlijk 16 jaar zijn om lid te mogen worden, maar ik was pas 15. Meester van Houwelingen was toen voorzitter en die zei: 'Je wordt vanzelf 16 jaar'. Het is echt heel jammer dat het koor stopt, maar het ontbreekt ons vooral aan mannen. We repeteerden altijd op woensdagavond, precies midden in de week. Het was altijd gezellig, na afloop van de repetitie gingen we altijd om beurten bij elkaar rummikub spelen."


Ze herinnert zich nog enkele concoursen toen het koor nog zo'n zestig leden telden. En ze koestert haar oorkonde die ze kreeg toen ze zeventig jaar lid was van het koor.


Hannie Visser-Kieboom