Over-ijverig Vijfheerenlanden?
(ingezonden brief)
Vele inwoners – zeker in de kleine kernen – zullen verbaasd, verwonderd en misschien wel verontwaardigd, kennis hebben genomen van de (ontwerp) detailhandel visie van het gemeentebestuur. Alleen nog maar winkels in Leerdam en Vianen. In Ameide en Meerkerk mogen als troostprijs nog enkele winkels blijven. Geldt hier misschien het motto: Groot is goed. Doch er bestaat ook een motto: Klein maar fijn.
Onwillekeurig gaan de gedachte dan terug naar de aanloop van de enquête over de winkelsluiting. Toen waren de stadsmanagers van Leerdam en Vianen zeer actief en steeds in de pers om de inwoners te bewegen vóór de openstelling van de winkels (ten faveure van de grote supermarkten) op zondag te stemmen. Door steeds weer de twee grootste kernen (Leerdam en Vianen) op de voorgrond te plaatsen dreigt een ‘wij’ (Leerdam en Vianen) – ‘zij’ (overige kernen) verhouding te ontstaan. Daar zit geen mens op te wachten. Dat is ook funest voor de ontwikkeling van de gemeente. Er zijn toch al zoveel inwoners die de fusie als door hun strot geduwd ervaren.
Is er tijdens de lobby over de winkelsluiting wellicht al de basis gelegd voor de gedachte in de ontwerpvisie om het platteland (de kleine kernen) van winkels te ontdoen dan wel geen uitbreiding toe te staan? In het ‘bestuurs-akkoord’ van het college wordt gesproken over het levendig houden van de kleine kernen met behoud van de eigen identiteit en nieuwbouw van woningen. Dat staat toch haaks op de visie over het winkelbestand in die kernen! Juist winkels, of zijn het er maar enkelen, geven enige levendigheid in de kleine kern. Een over ijverig en in regelgeving uitdijend gemeentebestuur berooft met haar gedetailleerde regels de bewoners van elk initiatief.
De boeren die eigen producten en daaraan gelinkte producten willen verkopen worden aan banden gelegd. Hun reclameborden worden aangepakt. Voor typisch plattelandsactiviteiten is kennelijk geen ruimte meer. Het kopen van producten in eigen directe omgeving wordt aan banden gelegd terwijl juist uit oogpunt van duurzaamheid dit een goede ontwikkeling is. Ook de toerist ervaart die verkoop bij de boer als één van de charmes van het platteland, waarmee de boer nog wat bijverdient.
Men mag zich afvragen of onze gekozen volksvertegenwoordigers (raadsleden) wel weten wat de inwoners in de kernen wensen en welke gevoelens daar leven. Het college van burgemeester en wethouders bestaat, op één lid na, uit bestuurders uit Leerdam en Vianen. Zouden zij wel voldoende op de hoogte zijn van wat er in de kleine kernen leeft en hoe er gedacht wordt?
Deze ontwerp winkelvisie gaat elke burger aan en is bij uitstek een onderwerp om met de burger daarover te praten. Jammer dat er in elke kern nog geen dorpsraad of ander gespreksplatform is.
Geachte bestuurders, vergaar meer kennis over de kleine kermen in onze gemeente. Besteed eens meer tijd en energie aan de communicatie met uw burgers. Deze is allerbelabbertst. Wanneer men zich met suggesties of ideeën enz. tot u wendt dan krijgt men een ontvangst bevestiging en vervolgens blijft het stil . Dat zijn meerdere ervaringen uit een aantal kleine kernen. Tenslotte: laat we onze stem laten horen over deze detailhandel visie richting de politiek = raadsleden. Zij zijn onze volksvertegenwoordigers en zij beslissen over deze visie.
Arie E. Versluis, Tienhoven (a/d Lek)