Minder jongeren drinken meer

regio • Meer dan de helft van de jongeren op het voortgezet onderwijs in West-Brabant heeft wel eens alcohol gedronken. Bijna een kwart werd wel eens dronken of aangeschoten. Dit blijkt uit de landelijke Gezondheidsmonitor Jeugd 2019: een grootschalig vragenlijstonderzoek van de GGD’en en het RIVM onder ruim 170.000 jongeren in de tweede en vierde klas voortgezet onderwijs, uitgevoerd in het najaar van 2019. Een ruime meerderheid (57 procent) van deze jongeren in West-Brabant heeft wel eens een slok of een glas alcohol gedronken. Dit is een lichte daling in vergelijking met 2015. Toen was dat 61 procent. "Tegelijkertijd zien we dat er meer jongeren zijn die bingedrinken, een stijging van 16 procent naar 23 procent. Dat vinden wij zorgelijk", zegt GGD West-Brabant. Uit het onderzoek blijkt ook dat jongeren in West-Brabant meer drinken dan gemiddeld. 14 procent van de jongeren in de vierde klas heeft ooit hasj of wiet gebruikt, blijkt verder uit het onderzoek. In de tweede klas ligt dit een stuk lager met 2 procent. 4 procent van de scholieren gebruikte hasj of wiet in de laatste vier weken (ten tijde van het onderzoek). Toch geeft één op de vijf jongeren aan ooit hasj of wiet aangeboden te hebben gekregen. Het vaakst krijgen jongeren hasj of wiet aangeboden in een park of bij een hangplek. Het gebruik van lachgas en harddrugs ligt voor zowel scholieren in de tweede als vierde klas lager dan het gebruik van wiet en hasj. De e-sigaret is populair voor experimenteel gebruik. 23 procent heeft ooit een e-sigaret gebruikt. Dit ligt zelfs hoger dan het aandeel scholieren dat ooit tabak rookte (16 procent). 2 procent geeft aan wekelijks een e-sigaret te gebruiken. 4 procent van de scholieren rookt wekelijks (tabak). Tussen 2015 en 2019 is het percentage scholieren dat ooit een trekje of een hele sigaret heeft gerookt in West-Brabant gedaald van 22 procent naar 16 procent.