Normbedragen VNG bleken veel te laag ingeschat

Uitbreiding Oosterlicht 1,3 mln duurder

vianen • Door de aantrekkende economie komen de bouwkosten ruim een miljoen hoger uit. Maar ook zijn er meerkosten vanwege extra noodzakelijk tijdelijke huisvesting en aanvullende stedenbouwkundige eisen.

Het college is bij de berekening uitgegaan van de normbedragen die door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) worden gehanteerd. Door de economische crisis zijn deze bedragen in de periode 2010 tot en met 2017 met bijna twintig procent verlaagd. Maar de bedragen zijn vervolgens bij een opbloeiende economie niet naar naar boven bijgesteld.

Van de kostenoverschrijding van ruim 1,3 miljoen euro zal het Oosterlicht College ruim 369.000 euro voor haar rekening nemen, zodat er voor de gemeente een extra investeringskrediet overblijft van 980.000 euro.

Dringend beroep

Directeur Laurien Scheffers van het Oosterlicht College deed dinsdag een dringend oproep op de raad om over twee weken akkoord te gaan met toekenning van het extra krediet. "Het is absoluut noodzakelijk dat de gemeente en ons bestuur gezamenlijk doorpakken om een veilige, kwalitatieve en duurzame uitbreiding van ons schoolgebouw te realiseren. Want de school draait nu al jaren met een huisvestingssituatie die onze ontwikkeling stagneert. Leerlingen krijgen les op drie verschillende locaties met een situatie van pendelende leerlingen tot gevolg. Dit is een onwenselijke situatie voor ons, maar ook voor de buurt. Daarnaast kampen ook onze afdelingen met ruimtetekort. De rek is er uit."

De bedoeling is dat er nog voor de zomer zal worden gestart met de bouwwerkzaamheden en dat veel van de werkzaamheden zullen plaatsvinden in de zomervakantie. In de loop van het nieuwe schooljaar moet het gebouw vervolgens weer volledig kunnen worden ingezet, aldus mevrouw Scheffers.

Kritische vragen

De raad heeft besloten om het onderwerp tijdens de raadsvergadering van donderdag 21 april als hamerstuk te behandelen. Toch waren er tijdens de forumavond nog wel enkele kritische kanttekeningen. Met name John van der Velden van VHL Lokaal deed een behoorlijke duit in het zakje. De normbedragen zijn gebaseerd op het jaar 2014. Het jaar dat Nederland de crisis net een beetje te boven was "Vanaf 2015 was er alweer sprake van een aantrekkende economie. Waarom is daar bij het bepalen van de prijzen geen rekening mee gehouden."

Ook vroeg Van der Velden zich af waarom er niet in een veel eerder stadium is gekeken naar CBS-cijfers, die toch een ander beeld lieten zien. En bovendien: waarom is de raad niet in een veel eerder geïnformeerd over de stijging. Van der Velden was ook benieuwd of er een second opinion was gedaan. Arie de Groot van D66 was vooral kritisch vanwege het onduidelijke raadsvoorstel.

Wethouder Frank Meurs zei dat het college niet had voorzien dat de prijsstijging maar liefst 21 procent zou bedragen. "Ik was een rijk man geweest als ik dat had kunnen voorspellen." Volgens Meurs is het logisch dat er uit werd gegaan van de VNG-normen. "Die hebben altijd uitstekend gefunctioneerd."

Chagrijnig

Huib Zevenhuizen van de VVD-fractie deed niet moeilijk over de stijging van de kosten. "Ik meen me te herinneren dat we in het verleden ook wel eens voordeel hebben gehad van veranderende prijzen. Ik denk bijvoorbeeld aan sporthal Helsdingen en ook bij de sportvelden. En volgens mij hebben we daar toen ook niet chagrijnig op gereageerd. De ene keer heb je nu eenmaal wat voordeel en de andere keer wat nadeel."


Dick Aanen