De stadsmanagers en hun 'stormram'-methode

'Wij gaan geen debat uit de weg'

vijfheerenlanden • Het is donderdagavond als er een ronkend statement van de stadsmanager Hans van Kooten (Vianen) en centrummanager Lidia van Ingen (Leerdam) naar de media gaat. De strekking: de politiek laat een debat over de winkelopeningstijden in de nieuwe gemeente Vijfheerenlanden varen. Dit debat stond voor later deze week gepland, in het voormalige ABN AMRO-gebouw in Leerdam. Maar volgens Van Kooten was er te weinig animo. De partijen zouden hebben aangegeven dat het onderwerp "te smal" is. "Uiteraard mag die keuze worden gemaakt, we leven tenslotte in een vrij land. (…) Neemt niet weg dat ik echt teleurgesteld ben in de meeste politieke partijen die meedoen aan de verkiezingen in november", schrijft Van Kooten. "Het voelt als weglopen voor dit onderwerp. Hoe serieus neemt de politiek de inwoners als je niet eens de moeite wilt nemen te luisteren naar de wensen van ondernemers en consumenten?" De stadsmanager wil dat er voorafgaand aan de verkiezingen 100 procent duidelijkheid komt over het vrijgeven van de winkeltijden. Want het "mag echt niet meer gebeuren", schrijft hij, dat ondernemers dit straks niet zelf mogen bepalen. "Het past niet binnen onze democratie en dus het kunnen maken van eigen keuzes."

Bij politiek Vijfheerenlanden is de persverklaring van Van Kooten totaal verkeerd gevallen. Want, de partijen willen heus wél in debat over het item, onderstrepen meerdere partijen. Maar, ze voert de discussie bij voorkeur in een breder verkiezingsdebat over de algehele economische visie in de toekomstige gemeente. Dat verzoek om een economiedebat te organiseren, lag nog bij de stadsmanagers. "Er spelen natuurlijk meer items op economisch gebied dan alleen de winkeltijden", zegt VVD Vijfheerenlanden-leider Hanneke van der Leun - overigens groot voorstander van het vrijgeven van de winkeltijden. Van der Leun somt in hoog tempo op: "Vestigingsbeleid, vergunningsbeleid, leegstand, zzp-ers, boerderijen die ermee stoppen… Het leek ons voor de politiek én de bewoners interessanter om het breder te trekken, dan om een avondvullend programma te maken over één item."

Lijsttrekker Maria de Jong (CDA Vijfheerenlanden) heeft vrijdagochtend het gewraakte mailtje dat namens de fractieleiders naar de stadsmanagers is gestuurd, nog even opgezocht. "We hebben daarin enkel gevraagd of de stadsmanagers het een idee zouden vinden om het winkeltijdendebat in te passen in een groter debat, bijvoorbeeld ééntje over economie en ondernemen. Er stond nog netjes bij vermeld ook, dat het maar een voorstel was. En vervolgens kwam dit statement naar buiten." PvdA-fractievoorzitter Joop van Montfoort beaamt dit: "Wij staan open voor elk debat en hebben slechts gevraagd of het mogelijk was een en ander te combineren."

Als Termeise moet CDA-er De Jong sowieso nog een beetje wennen aan het principe van een stadsmanager, dus ze heeft ook maar even de definitie van de functie opgezocht. "Dan lees ik dat zo'n stadsmanager toch vooral een verbinder moet zijn. Dit is niet heel verbindend", zegt ze nuchter. Dát is juist zorgelijk, vindt Tirtsa Kamstra, de kartrekker bij ChristenUnie Vijfheerenlanden. "De stadsmanagers laten het overkomen alsof het onderwerp winkeltijden onbespreekbaar is. Ze hanteren een soort stormram. Als wij als lijsttrekkers niet precies doen wat zij willen, dan is het mis. Ik zie hier stadsmanagers aan het werk die niet het algemeen belang dienen, maar het wantrouwen in de politiek voeden. En dat baart me zorgen."

Arie Keppel – de SGP Vijfheerenlanden-leider – kan zich helemaal vinden in de reacties van de andere fractieleiders. Hij hekelt ook de "stellige, vooringenomen en eenzijdige toonzetting" van de stadsmanagers. En onderstreept: "Als SGP gaan we geen enkel debat over welk onderwerp dan ook uit de weg. Want het is wel degelijk een belangrijk onderwerp, zeker voor onze partij."

Centrummanager Hans van Kooten wil nu het onderwerp van de winkelopeningstijden "positioneren binnen een van de andere debatten". Waarbij hij opmerkt dat het daarin natuurlijk "nooit de aandacht krijgt, die het in het debat over alleen winkelopeningstijden wel zou krijgen".