Deelnemers TipMolenlanden adviseren overheid:

'Meer geld in het onderwijs steken'

molenlanden • Een ruime meerderheid van 69 procent van de mensen die deelnamen aan het recente panelonderzoek van TipMolenlanden vindt dat de overheid meer geld aan het onderwijs moet besteden. Dit om de kwaliteit te garanderen.

Slechts 11 procent van de deelnemers aan het onderzoek vindt dat er geen extra geld naar deze sector moet. Zij antwoordden: 'mee oneens' of 'zeer mee oneens'. Bij het onderzoek in december zijn 528 deelnemers geraadpleegd. Zij beantwoordden vragen over het thema 'lerarentekort'.

Van stakingen zijn de meeste deelnemers geen voorstander. Een meerderheid (58 procent) van de respondenten zou zelf niet deelnemen aan de onderwijsstakingen als zij zelf leerkracht zouden zijn. In plaats daarvan zouden zij bijvoorbeeld 'alle papieren rompslomp eromheen negeren' en 'alleen doen wat ik belangrijk vind'. Een ander zegt: 'Staken is de slechtste manier van communiceren over dingen die je graag anders zou willen'. Diverse deelnemers zouden kiezen voor ludieke acties in plaats van staken.

Een van de respondenten schrijft: 'In heel veel sectoren is de werkdruk (te) hoog. Ik vraag me af of de werkdruk in het onderwijs hoger is dan in andere sectoren.' Een ondernemer heeft 'het idee dat men elkaar de problemen aanpraat, onder leiding van de bonden'. Hij/zij zegt: 'Ik heb acht jaar in een schoolbestuur gezeten en vier jaar in de medezeggenschapsraad. Als ondernemer, met twee weken vakantie per jaar, was ik niet onder de indruk van de zwaarte van het werk. Natuurlijk is het soms veel en zijn er kritische ouders, maar als je het werk aan kan, is het goed te doen.'

Van de deelnemers vindt 48 procent dat leraren moeten ophouden met staken. Daar staat tegenover dat 34 procent vindt dat ze moeten doorgaan, om betere arbeidsvoorwaarden af te dwingen. Het kabinet maakte voorafgaand aan de stakingen bekend in een nieuw akkoord 460 miljoen euro extra vrij te maken voor het onderwijs. Van de deelnemers aan TipMolenlanden vindt 34 procent het terecht dat de stakingen desondanks doorgingen. 'Het akkoord is een wassen neus, structureel geen oplossing', vindt iemand. Een ander: 'Dit was geen structureel geld, daar kunnen de scholen de problemen niet mee oplossen. En ook een eenmalige uitkering voor het onderwijspersoneel is niet voldoende!'

Een meerderheid (53 procent) vindt dat leerkrachten het best in gesprek kunnen gaan met politici in Den Haag om de problemen in het onderwijs onder de aandacht te brengen. Andere deelnemers geven de voorkeur aan andere manieren, zoals: 'Afspreken om gedurende een periode van bijvoorbeeld 18 à 24 maanden geen enkele nieuwe centrale richtlijn of beleidswijziging aan scholen en leerkrachten op te leggen en in dezelfde periode de scholen het recht te verlenen om eigen richtlijnen en beleid in te voeren.' Iemand anders oppert: 'Een bekende Nederlander die met een leraar/lerares getrouwd is zijn verhaal laten vertellen in een veelbekeken programma.'

Gevraagd naar de beste oplossingen voor het lerarentekort antwoordde een meerderheid (42 procent): het beroep aantrekkelijker maken en een beter imago creëren. Andere oplossingen die werden aangedragen zijn: '(vak)mensen uit andere werkvelden omscholen', 'administratieve lasten verlichten', 'alle kinderen met "rugzakjes" weer naar speciale scholen laten gaan' en 'alle parttimers iets langer werken'.