Nieuwe impuls voor dorpshuis Den Ham
zuilichem • Dorpshuis Den Ham in Zuilichem heeft geen beheerder. Maar wel een heel enthousiast bestuur, dat er alles aan doet om het dorpshuis ook voor de toekomst te behouden.
Voorzitter Daniëlla van der Leij en de bestuursleden Gellof Kanselaar, Michael van Veen, Annemarie Benckhuijsen en Sonja van der Leij zorgen er samen met de vrijwilligers van 'Zuilichem Leeft!' voor dat het dorpshuis gebruikt kan worden voor verschillende activiteiten. Er zijn inloopmiddagen, lezingen, een open eettafel en de Drum- & Streetband repeteert er. Er wordt Sinterklaas gevierd, er zijn activiteiten op Koningsdag en particulieren vieren er soms een klein feestje. Op het voorplein kunnen mensen jeu de boulen en in de gymzaal kunnen ouderen en kinderen bewegen. "Door het subsidiebeleid krijgen we over vijf jaar wel een probleem", vreest het bestuur. En daarom is het bestuur samen met voorzitter Piet van Wesemael van 'Zuilichem Leeft!' om tafel gaan zitten.
Dinsdagmiddag overhandigden ze hun 'Verbeterplan Modernisering' aan wethouder Adrie Bragt. Belangrijkste wensen zijn vergroting van de gymzaal en de keuken, het verduurzamen van het gebouw en het inrichten van een 'paramedische voorziening'. "In Zuilichem wonen veel ouderen, die behoefte hebben aan dagbesteding", licht Piet toe. "We hebben in het dorp geen eigen huisarts meer en geen voorzieningen voor ouderen. Het zou toch mooi zijn als we dat in het dorpshuis aan kunnen bieden. Al is het maar een 'bejaardensoos' een paar middagen per week."
Het bestuur heeft het beheer in december zelf overgenomen. "We houden de voorraad bij, hebben een schoonmaakster ingehuurd, maken de kas op en doen de was", vertelt Daniëlla. "Laatst werd hier een verjaardag gevierd van iemand die 80 werd. Dat was heel gezellig." De gebruikers hebben de sleutel, ze zetten zelf koffie en doen de afwas.
"Als we met z'n allen de schouders er onder blijven zetten, moet het lukken om deze plek open te houden", vinden Piet en Daniëlla. Een beetje hulp van de gemeente zou daarbij welkom zijn.
Britta Alink