• De Heeren van Suylighem.
• De Heeren van Suylighem. Foto: Janneke Boogaard

Raad stemt unaniem tegen logies De Woerd

zaltbommel • De gemeenteraad heeft donderdagavond unaniem tegen de 'logiesbestemming' bij de Heeren van Suylighem (ook wel bekend als De Woerd) gestemd.

Maar dat wil nog niet zeggen dat er nooit mensen komen wonen op het terrein. Al ruim een jaar worstelt politiek Zaltbommel met de huisvesting van arbeidsmigranten. Steeds meer grote tuindersbedrijven maken gebruik van arbeidskrachten uit landen als Polen, Roemenië en Hongarije en al deze mensen moeten ergens wonen. Het liefst in de buurt van hun werk en het liefst zo goedkoop mogelijk, omdat ze vaak tijdelijk hier werken.

Een ondernemer opperde in de zomer van 2017 om op de plek van partycentrum De Heeren van Suylighem, bij de entree van het dorp Zuilichem, een 'Polenhotel' te bouwen voor rond de tweehonderd arbeidsmigranten. De gemeente reageerde in eerste instantie positief op het voorstel. Protesten van de inwoners van het dorp zorgden voor veel discussie. De politiek besloot daarop om de bestemming 'logies', die van oudsher op de locatie zit, tijdelijk 'weg te bestemmen'. Die periode van 'tijdelijke bestemming' zit er op en daarom moest de gemeenteraad donderdagavond een nieuw besluit nemen. Pas als er een definitief besluit is over het beleid voor huisvesting van arbeidsmigranten, zal er een definitief besluit komen over de toekomst van de Heeren van Suylighem.

De fracties in de gemeenteraad zitten met het hele verhaal in hun maag, zo bleek donderdagavond. Ze vinden het niet netjes dat de ondernemer gedupeerd wordt door de trage besluitvorming en zien daarnaast dat huisvesting van arbeidsmigranten noodzakelijk is. Ook is er veel begrip voor de bewoners van Zuilichem, die grootschalige huisvesting totaal niet zien zitten.

Martijn Stoutjesdijk van de SP diende daarom een motie in om de wethouder op te roepen actief in gesprek te gaan met de eigenaar van het terrein over (alternatieve) ontwikkelmogelijkheden op de locatie. Die motie haalde het niet.

Britta Alink