Echbert Klop in
Kikkerdorp Aalst
Het is een markant beeldje, het beeldje van Echbert Klop in het witte kerkje van Aalst. Het beeldje werd gemaakt in 1722, toen Echbert Klop burgemeester was. Echbert was nogal eens verwikkeld in juridische processen met betrekking tot wanbetaling of het ongeoorloofd bezwangeren van een meisje uit het dorp.
Toch werd Echbert ook als held gezien. Daarover schrijft in 1894 de uit Aalst afkomstige socialistische leider Adrianus Emmenes, die vanuit de strafgevangenis van Nieuwer-Amstel (nu Amstelveen) een boekje over de sociale misstanden in de Bommelerwaard publiceerde, getiteld: Kikkerdorp en de Kikkerdorpers (Aalst wordt in de volksmond Kikkerdorp genoemd). Daarin schrijft Emmenes over het beeldje en de heldendaden van Echbert. Dat beeldje, schrijft Emmenes, was sinds enkele jaren 'wonderlijk opgetakeld door z'n lippen te meniën en z'n pruik te bronzen'. Op een dag, schrijft Emmenes verder, reed Echbert door het Sterrenbosch, waar hij overvallen werd door rovers. Toen de rovers vroegen wat er in de koffer zat die hij bij zich had, opende Echbert de koffer en schudde die leeg, waarop de rovers waren afgeleid en plotseling door de onverwacht gewapende Echbert werden doodgeschoten.
Een ander verhaal gaat over een bedelares die op zekere avond bij Echbert aanklopte. De bedelares kreeg een tijdelijk onderkomen in de schuur. Maar wat bleek? De volgende ochtend was de bedelares bevallen van een kindje. Echbert Klop maakte het de bedelares zo comfortabel mogelijk. Drie weken lang bleef de jonge moeder en haar kindje in huize Klop. Jaren later, toen Echbert vanuit Frankrijk op weg was naar huis, werd hij opnieuw door rovers overvallen. Onder hen bevond zich de bedelares die Echbert ogenblikkelijk herkende. Uit dankbaarheid werd hij onder begeleiding van de levensgevaarlijke roversbende naar Aalst gebracht. Zijn goede daad had hem het leven gered.