Afbeelding
Foto: Rob Reis

De bruid van Ammersoyen

Nog niet zo lang geleden werd in het Museum voor Schone Kunsten van Budapest een zeventiende-eeuws schilderij aangetroffen waarop de ruïne van het afgebrande kasteel Ammersoyen is weergegeven. Het doek, dat wordt toegeschreven aan de Vlaamse schilder Gillis Neyts, werd zo'n zeventig jaar na de verwoestende brand vervaardigd. Op 29 maart 1590 was in kasteel Ammersoyen brand uitgebroken, waarbij vrijwel alles werd verwoest. Kasteelheer Joris van Arkel overleed enkele dagen later aan zijn verwondingen. Zijn vrouw Anna van Lockhorst overleefde de ramp, maar stierf een kleine twee jaar later.

Hoe de brand ontstond, is niet duidelijk, maar er wordt sinds lang een mysterieus verhaal verteld dat betrekking heeft op de brand, en dat wellicht enig licht werpt op het ontstaan ervan. Joris van Arkel had drie wettige kinderen, maar het verhaal gaat dat de kasteelheer nog een vierde kind had, een dochter, Ada genaamd. Heer Joris had besloten dat Ada op de dag van haar volwassenheid haar leven in een nabijgelegen klooster zou voortzetten als bruid van Christus. Er werd een groot afscheidsfeest georganiseerd, waarbij de gehele aristocratie uit de omtrek aanwezig was. Het feestgedruis was al op gang, toen een onbekende jonge edelman naast Ada ging zitten. De jongeman keek Ada ernstig en doordringend aan. 'Weet je nog, Ada, dat we elkaar trouw zworen?' Maar Ada gaf geen krimp. 'Weet je nog, dat ik een arme vondeling was?' 'Nu ben ik een gefortuneerde graaf, behorend tot het geslacht D'Affaytadi.' Ada zweeg. 'Je hebt het gezworen!' Wat er gebeurde, weet niemand meer, maar nadat Ada een gil slaakte en flauwviel, was de jonge edelman verdwenen. Onverhoeds slaan de vlammen uit de ramen van het kasteel. Niets was meer te redden. De volgende dag werden de slachtoffers geborgen. De lichamen van Ada en de mysterieuze gast werden nooit teruggevonden.