Over zuster Beppie en de amaryllis (4)

Opnieuw bleef het stil.
"Goed," zei ze, na enige tijd, "dit muisje krijgt nog een staartje." Ze draaide zich om en schreed langzaam de refter uit. Iedereen keek naar Beppie. Die zei niets, boog het hoofd en liep de deur uit. Met lood in haar schoenen liep ze richting de kamer van Moeder Overste. Daar aangekomen klopte ze op de deur en wachtte tot ze binnen mocht komen.
Eenmaal binnen zei Moeder Overste: "Je hebt me vast iets te vertellen, is het niet, zuster Beppie?"Beppie knikte en deed hakkelend haar verhaal. Moeder Overste onderbrak haar niet. Toen ze klaar was bleef het een ogenblik stil. Moeder Overste keek haar aan en zei dat ze tijdens het middagmaal in de refter met haar antwoord op de gebeurtenis zou komen. Beppie vertrok en gaf die boodschap ook door aan haar collega-zusters.
Uren later, toen iedereen in de refter aanwezig was, kwam Moeder Overste binnen. Direct achter haar volgde zuster Innocentia die een karretje voortduwde. Wat er op dat karretje lag was niet zichtbaar want een donkergrijs kleed bedekte de lading. Met Moeder Overste voorop liepen ze naar de lessenaar. Het karretje tussen hen in. De spanning was voelbaar.
"Zusters," zo begon ze haar toespraak, "jullie hebben allemaal ongetwijfeld meegekregen wat er is gebeurd met de amaryllis op mijn bureau. Een prachtige bloem, waaraan ik me hechtte. Dat was niet goed. De gedragsregels van onze orde staan dat eigenlijk niet toe. Ik heb dus tegen deze regels gezondigd en wil daar boete voor doen."
Nadat Beppie haar verhaal bij mij had gedaan, was ik een moment ontroerd. De manier waarop ze de amaryllis had 'gerepareerd' en welke middelen ze daarvoor had gebruikt, gaf me een warm gevoel." Beppie zuchtte zachtjes van opluchting. "Maar, zo ging Moeder Overste verder, deze gebeurtenis mogen we niet zo maar vergeten. Geheel in de geest van onze patroonheilige Borromeus gaan we het volgende doen: Hier, twee straten vandaan, ligt bejaardentehuis Avondrust. Daar wonen 45 ouderen. Al deze bewoners krijgen van ons, en ze trok daarbij het kleed van het karretje, allemaal een amaryllis-in-de-knop aangeboden."
Daar stonden ze dan, 45 amaryllisbollen, allemaal in evengrote potjes en keurig in het gelid. Negen rijen van vijf. Je kon een speld horen vallen in de refter. Beppie had haar hand voor de mond geslagen. "En jullie, zusters, krijgen de opdracht om de groei en bloei van de amaryllissen nauwlettend ter plekke te volgen en mij daar regelmatig verslag van te doen want, zoals ik van deze hele geschiedenis heb mogen leren: de vreugde van delen en geven brengt kleur en fleur in 't leven."
En zo konden verbaasde wandelaars langs de Zuid-Willemsvaart een stoet nonnen en verplegend personeel in alle stilte voorbij zien trekken richting bejaardentehuis Avondrust. Moeder Overste voorop, daarachter zuster Innocentia, die het karretje voortduwde met de 45 amaryllisbollen. In alle stilte, zoals gezegd. Het enige wat men kon horen was het zachte ruisen van de habijten en de verpleegstersuniformen. O ja, en het piepen van de wielen van het karretje.

Dat was al……!