Lage straf geëist tegen Van Steijn

dordrecht/leerdam • Tegen de 65-jarige voormalige psychotherapeut Pieter van Steijn is woensdagmiddag bij de rechtbank in Dordrecht een voorwaardelijke werkstraf geëist van 80 uur, met een proeftijd van twee jaar. Het is een betrekkelijk milde strafeis, vooral gezien het grote aantal ten laste gelegde (strafbare) feiten.

Meerdere ex-patiënten en ex-medewerkers van zijn praktijk hebben in de periode 2011 tot 2013 aangifte gedaan, onder andere vanwege smaad en laster. Dezelfde groep (groep 24) had zich in 2011 verenigd en een zwartboek gepubliceerd over de praktijken van de psychotherapeut. Van Steijn werd in april 2012 door het Centraal Tuchtcollege uit het BIG-register geschrapt vanwege 'verregaande onkunde voor de uitoefening van het vak van psychotherapeut'. Van Steijn ging failliet en leeft momenteel noodgedwongen van een bijstandsuitkering.

Het ging donderdag bij de rechter in Dordrecht om in totaal acht strafbare feiten. De inhoudelijke behandeling van de zaak was keer op keer uitgesteld. Soms had dat te maken met niet al te voortvarend optreden van het OM. In totaal drie officieren van justitie hebben zich met de zaak bemoeid. Ook meldde Van Steijn zich vaak net voor de zitting ziek.


Smadelijke documenten

De officier van justitie achtte woensdag in elk geval wettig en overtuigend bewezen dat Van Steijn in mei 2013 smadelijke documenten plaatste of liet plaatsen op zijn website www.pietervansteijn.nl. Hij beschuldigde daarin zijn (voormalige) directeur Benjamin Nura van diefstal, verduistering, bedreiging en valsheid in geschrifte.

Nura deed aangifte omdat hij de informatie op de website als een aantasting van zijn goede naam heeft ervaren. Hij voelde zich persoonlijk gekrenkt. Ook Ook Nicoline van Iperen, moeder van een ex-patiënt woordvoerder namens de groep ex-patiënten en ex-medewerkers, deed aangifte vanwege het leugenachtige document de op de website.

Sms'jes

De officier vindt ook dat er voldoende bewijs is dat Van Steijn zijn directeur Nura in het najaar van 2011 regelmatig heeft lastiggevallen met nachtelijke sms'jes en telefoontjes. Hij reed vaak met zijn auto langs de woning waar Nura toen verbleef, terwijl de autoradio keihard aanstond.

Van Iperen en een aantal ex-patiënten deden begin 2012 aangifte van smadelijke pamfletten op het raam van een pand aan de Bergstraat in Leerdam in september 2011. Het was volgens hen zonneklaar dat deze geschriften waren geschreven door Van Steijn. Volgens de officier van justitie zijn de aangiftes echter buiten de klachtentermijn gedaan, waardoor de klacht niet ontvankelijk is. Ook kan zes jaar later niet wettig en overtuigend worden bewezen dat Van Steijn daadwerkelijk de auteur is geweest van de teksten.

Advocaat mr. J.L.J. Leijendekker oordeelde dat zijn cliënt vanaf 2011 het slachtoffer is geweest van een enorme media-hetze. Van Steijn heeft daardoor nooit een eerlijk proces gehad. "Zijn rechten zijn met voeten getreden", aldus de advocaat.

De rechter doet op woensdag 8 november uitspraak.