'Je moet inspelen op veranderingen in de samenleving'
Fanfare is de dip weer te boven
leerdam • Ze herhalen het wel een paar keer tijdens het interview: Peter Clements en Aart van Zee willen het zo min mogelijk over het verleden hebben. De muziekvereniging heeft hen als oudgedienden dan wel naar voren geschoven, zij willen de blik vooral naar voren richten.
Ja - ze hebben die 'goeie ouwe tijd' meegemaakt, toen serieuze fanfarewerken of arrangementen van klassieke stukken van beroemde componisten op de lessenaar stonden. Toen je opkeek tegen de bestuursleden en de dirigent en je je een slag in de rondte studeerde op je partijen. Ja - het leverde Kunstliefde & Vriendschap de vierde plaats van Nederland op tijdens het Topconcours van 1980.
Maar gaandeweg paste dit recept niet meer bij de ingrediënten. Muzikanten kregen minder tijd, grote muziekstukken van vroeger spraken de mensen niet meer aan. Kunstliefde & Vriendschap, dat in 1957 het predicaat koninklijk en in 1982 het predicaat stedelijk toegekend kreeg, begon te wankelen op haar voetstuk. Zoals vrijwel alle muziekverenigingen in den lande.
Een jaar of tien geleden was het absolute dieptepunt bereikt: nog maar zo'n vijftien muzikanten vormden de fanfare, toch wel het absolute minimum om muziekstukken naar behoren te kunnen laten klinken. Behalve de veranderingen in de maatschappij vormden de kosten voor de muziekschool een belangrijk struikelblok. "Dat weerhield sommige ouders er echt van om hun kinderen lid te laten worden", weet Clements.
Kunstliefde besloot het roer om te gooien. Ging zelf de lessen verzorgen en stemde de muziekkeus meer af op de jeugd. Met als gevolg dat er eerst nog meer mensen afhaakten. Sommige 'routiniers' vonden geen voldoening meer. Clements en Van Zee bleven.
Clements: "De belangrijkste reden? Ik vind muziek maken leuk. Het lagere niveau vind ik prima. Het is leuk als beginnende muzikanten hun partij mee kunnen blazen met tien minuten oefenen per dag in plaats van hele dagen. Dat fanatieke is er bij mijzelf ook wel vanaf inmiddels." Van Zee: "Ik ben lid sinds 1965. Kunstliefde & Vriendschap is een stuk van mijn leven. En die toevoeging 'koninklijke stedelijke' hè. Daar wil je voor blijven staan."
De aanpak slaagde, er kwam meer aanwas van jeugd. Bij een optreden zitten er nu weer ruim dertig leden op het podium. Een aantal leerlingen is nog in opleiding. Zij worden zo snel mogelijk bij het grotere geheel betrokken. Van Zee: "Vroeger was je eerst één of twee jaar alleen aan het oefenen, nu spelen ze na zes weken al met een cd mee of een duet met een andere leerling. Na een klein jaar stromen ze meestal in bij het jeugdorkest."
"Het blijft wel lastig om leden te behouden, vooral als ze in een andere stad gaan studeren. We laten hen nu hun instrument in bruikleen houden. Als we een concert hebben, vragen we ze om weer een paar keer mee te repeteren", legt Clements uit. Van Zee: "Je moet inspelen op veranderingen in de samenleving. En zorgen voor een goed sociaal klimaat. Gezelligheid onderling is erg belangrijk."
Juul 't Lam, dirigent en docent sinds 2009, speelt een belangrijke rol bij die sfeer. "Het klikt enorm goed tussen hem en de leden, zeker ook de jongeren. Ja, ze hebben weleens een weerwoord. Eigenlijk vind ik het wel leuk dat jongeren karakter tonen. Zelf hou ik ook wel van een kwinkslag met ze", lacht Clements.
Jubileumconcert 8 april
Op zaterdag 8 april viert Kunstliefde & Vriendschap het 135-jarig bestaan. Vanaf een uur voordat het concert in thuishaven Het Dak om 20.00 uur begint, kunnen bezoekers een expositie over de club bekijken. Een vaandel, in 1922 ontworpen door Andries Copier, is één van de pronkstukken. Kunstliefde eert het verleden, maar kijkt vooruit. Van Zee: "Het gaat nu goed. Maar juist dán moet je alert blijven."
q www.klv-leerdam.nl
Janneke Boogaard