Leerdammer Arno Brok is Commissaris van de Koning
Naar het geliefde Friesland
Tot z'n 20ste woonde hij in Leerdam, nu is hij de eerste Commissaris van de Koning(in) die in de Glasstad werd geboren. Sinds 1 maart is Arno Brok (48) CdK in Friesland. Hij zit op het puntje van zijn stoel als Leerdam ter sprake komt. "Waar woont u zelf? Mijn vader en moeder wonen nog in Leerdam. En ook mijn beste vriend, Gerrit van Wijk." Hij herinnert zich het afscheid in het Hofje van oud-wethouder Tineke Dijkstra – "zo'n lieve vriendin". En ging in Leerdam naar school: hij bezocht kleuterschool Kleutervreugd, de rooms-katholieke basisschool Floris Radewijnsz en de PWA, de voorloper van het Heerenlanden College.
In het programma 'Zo ben ik groot geworden' van RTV Rijnmond vertelde Brok twee jaar terug dat zijn ouders, zijn zus Annet en hijzelf dol op paarden waren. "We waren er iedere dag mee bezig. Mijn ouders hadden een zaak, een slagerij. Er is geloof ik nog een foto van mij dat ik met een schort voor en een mes in mijn hand sta." Het gezin vormde 'een echt Rooms-Katholiek milieu'. "We waren praktiserend rooms-katholiek, dat ben ik zelf nog. Ik herinner me dat we een grote keuken met een grote tafel hadden. Iedereen kon mee-eten. Er was altijd veel eten en veel lawaai, Brabantse invloeden in het calvinistische Leerdam." Op de middelbare school bleef hij een keer zitten. "Ik denk dat dat te maken had met 'groeistuipen', met het ouder worden. Achteraf was het niet zo erg. Het gaf rust, ik kon me hervatten." Brok was geen lastige puber. "Ik was braaf, experimenteerde niet. Maar ik was verbaal behoorlijk aanwezig. Mijn vader zei ooit: 'jochie, jochie, als jij met praten je brood kunt verdienen, hoef ik me over jou geen zorgen te maken.' Hij kreeg gelijk." Nog een jeugdherinnering: de jonge Arno was dol op muziek. "Ik zong in een bandje, we zijn naar het tv-programma 'Stuif es in' van Ria Bremer geweest. We zongen: 'Later zul je 't weten en het nooit meer vergeten'. We vonden het zelf heel revolutionair." Vanaf zijn 16de ging hij zich voor politiek interesseren en werd lid van de VVD. Na zijn vertrek uit Leerdam maakte hij snel carrière. Brok studeerde bestuurskunde in Leeuwarden en Enschede. Van 1994-1998 was hij voor de VVD raadslid en fractievoorzitter in zijn woonplaats Leeuwarden. Daarna was hij er ruim vijf jaar wethouder. In 2003 werd hij burgemeester van Sneek, in 2010 volgde hij Ronald Bandell in die functie op in Dordrecht. Volgens Brok is er sinds zijn vertrek veel veranderd in Leerdam. "Het is niet te vergelijken met vroeger. Het is zo'n leuke stad geworden: de binnenstad, nieuwe woningen, de aandacht voor het glas. In 1988 was dat anders. Maar dat heeft misschien ook wel met mijn eigen herinnering te maken. Als 20-jarige kijk je vooral uit naar wat er komen gaat."
Indruk
Brok maakte als burgemeester veel indruk in Dordrecht. Hij kijkt 'dankbaar' terug. "Ik ben zoveel fijne mensen tegen gekomen. Samen hebben we veel dingen mogen doen voor de inwoners en de regio." Dordrecht leerde hem kennen als een hoffelijk en beminnelijk mens. Loftuitingen waren er voor zijn contacten en z'n netwerk, waardoor hij Dordrecht op de kaart zette en zich een geweldige ambassadeur van de stad toonde. De viering van de eerste Koningsdag 'nieuwe stijl' in Dordt en de intocht van Sinterklaas worden aan Brok toegeschreven. Cijfers wijzen uit dat 'een dagje Dordrecht' inmiddels is uitgegroeid tot een populair uitje. Brok zette zich ook in voor de leefbaarheid en veiligheid. Hij was streng voor horeca-ondernemers die over de schreef gingen; zonodig werden overlastgevende cafés en coffeehops gesloten. Enerzijds kreeg hij steun voor zijn consequente aanpak; anderen vonden dat het wel een tandje minder kon. "Om te beginnen vind ik roken en drugs destructief. Ik heb daar niks mee. Maar dat is mijn persoonlijke mening. In de profielschets voor het burgemeesterschap werd de aanpak van de overlast met name genoemd. Daar hoort handhaving bij. Sluiting is geen doel op zich. Dat doe je alleen als er goede argumenten voor zijn. Anderzijds zit niemand te wachten op een burgemeester met knikkende knieën en zwakke enkels." Hij beleefde ook dieptepunten. "Het meest trieste vond ik de moord op Milly Boele. Een meisje van twaalf die werd omgebracht door een buurman. Nota bene iemand die bij de politie werkte. Vreselijk; vooral voor haar ouders. Maar ook voor mij heel moeilijk, mede omdat de dader bij de politie zat. Ik ben portefeuillehouder openbare orde, dus had er op die manier mee te maken." Bijzondere herinneringen bewaart hij aan het huwelijk van de 21-jarige Gerjo Euser dat hij februari vorig jaar sloot. "Die jongen was ernstig ziek. Het huwelijk dreigde door een acute verslechtering van zijn gezondheid in gevaar te komen." Tot Gerjo en zijn bruid Marianne besloten in het ziekenhuis te trouwen. "'s Avonds om half zeven hoorde ik van hun verzoek, rond elf uur die avond sloot ik het huwelijk. De dag erop overleed hij. Hij was tot geloof gekomen en bereid te sterven. Dat heeft onuitwisbare indruk op me gemaakt. Zoiets maak je maar een keer mee in je leven."
Nu gaat Brok met veel plezier in Friesland aan de slag. "Ik ben gaan houden van het landschap, de taal, de cultuur en de mensen. Na zeven jaar is het me gegund terug te keren naar het gebied dat me lief is. Of ik het een uitdaging vind om daar aan de slag te gaan? Geen uitdaging. Een voorrecht. Dat is een beter woord." Brok werd bij zijn afscheid van Dordrecht benoemd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau. Het ereburgerschap wees hij van de hand. "Dat komt me niet toe. Dat past bij mensen die lang geworteld zijn in een samenleving en echt iets nalaten." Brok woont tijdelijk in Balk.