• Ron Uyldert in 2009.
• Ron Uyldert in 2009. Foto: archief Het Kontakt

'Leerdammer mag trotser zijn'

In maart 2007 begon u als stadsmanager. Wat was uw eerste indruk van Leerdam?
Uyldert: "Toen ik besloot te solliciteren ben ik met een fototoestel door de stad getrokken en heb ik me suf geknipt om een objectief beeld te vormen. Want als je een joviale vent tegenkomt die je op de schouders klopt, ben je helemaal weg van een stad. Word je per ongeluk door een hond gebeten, dan is het een rotstad. Daarna ben ik met een maatje van de Kamer van Koophandel nog eens een keer door Leerdam gewandeld en samen kwamen we tot de conclusie: deze stad bezit potentieel met een prachtige historie en prachtige zaken. Ja, en ik zag dat er straten waren die er prima bij lagen, maar dat er ook straten waren die bij wijze van speken door mijn zieke broer in elkaar waren getimmerd. Ik heb iets met vastgoed."
Wat was uw opdracht?
Uyldert: "De verhoudingen tussen de ondernemersvereniging en de gemeente liepen niet zo soepel; de vraag van de toenmalige wethouder Dijkstra was om daar meer harmonie in te brengen zodat partijen niet meer zo achterdochtig naar elkaar opereerden. Men vertrouwde elkaar niet en gesprekken verliepen in een snauwerige sfeer. Oud-wethouder Frank de Graaff heeft me wel eens het oliemannetje van Leerdam genoemd, en dat klopt ook: ik was de trait d'union – de verbinding tussen de partijen."
Het zal een cultuurshock geweest zijn: stadsmanager uit Breda wordt stadsmanager in Leerdam. Van een bourgondische naar een calvinistische omgeving.
Uyldert: "Mijn vrouw zei ook: wat moet je in godsnaam in Leerdam. Van een stad met 180.000 naar een stad met 23.000 inwoners. Maar ik roep al jaren dat men in Leerdam best extraverter mag zijn en met de borst vooruit mag lopen. Geniet van deze prachtige stad, ga lekker zitten langs de Zuidwal, drink er wat, en dat hoeft niet per se alcohol te zijn, en neem er een Glasbol bij - de Leerdamse tegenhanger van de Bossche Bol. Een lekkernij die is bedacht door tv-kok Jeremy Vermolen. De Leerdamse Bol is gemaakt van soezendeeg en getrokken suiker en is een onbegrepen iets: het had wat mij betreft standaard op de kaart van Leerdamse horeca moeten staan."
Uw grootste wapenfeit was de uitverkiezing tot beste binnenstad van Nederland, in 2009-2011. Hoe kreeg u dat voor elkaar?
Uyldert: "Dat begon met veel deskwork, bijvoorbeeld dat we een ondernemersvereniging en een Keurmerk Veilig Ondernemen hebben. Als je dan door de eerste ronde komt, is het zaak om in de stad hetzelfde positieve gevoel te over te brengen dat kennelijk ook van het papierwerk afstraalde. Mensen van de stadswerf zijn goud waard geweest door prullenbakken te legen, plantenbakken water te geven, graffiti van de muur te verwijderen; allemaal heel elementaire zaken. Overigens wil ik ook noemen: de verbeterde overlegstructuren, de collectieve feestverlichting en de vernieuwde Glasdagen."
Er zijn raadsfracties die overwegen om geen geld meer beschikbaar te stellen voor stadsmanagement.
Uyldert: "De vraag is of deze twijfels voortkomen uit kunde of onkunde. Tegen hen zou ik willen zeggen: verdiep je in de feiten die laten zien wat een stadsmanager voor een stad kan betekenen, en erkén dat. Wethouder Arie Keppel zei een keer tegen me: Ron, ik wil een avond met je praten. Hij zei: Ron, het gaat goed hè met Leerdam en het stadsmanagement? Kijk, die was goed geïnformeerd."
Wat zou u de Leerdammer willen meegeven?
Uyldert: "Dat hij best wat trotser op zijn stad mag zijn. Waar je werkt en woont, mag je best iets met je stad hebben. Eigenlijk zou elke Leerdammer een ambassadeur van zijn stad moeten zijn. Als je binnen je gemeentegrenzen zo'n prachtig museum als het Glasmuseum hebt, dan is er toch weinig voor nodig om ambassadeur te worden? Een stad met 23.000 ambassadeurs, dat is goud waard. Helaas hebben veel mensen dat chauvinisme niet. Leerdam is een introverte stad. Als je weet dat de Linge de langste rivier van Nederland is, schreeuw het dan van de daken!"

Waar ligt huiswerk voor uw opvolger?
Uyldert: "Je moet nooit over je graf heen regeren, maar als de stad kan continueren wat er de afgelopen jaren is bereikt, dat men daadwerkelijk met elkaar praat en naar elkaar luistert, dan zou ik heel blij zijn. De recente Glasdagen op de Zuidwal laten zien dat retail en glaskunst op een geweldige manier kunnen samenwerken. Dat was voorheen zowat onbestaanbaar."